G3184 μεθύω
dronken zijn

Bijbelteksten

Mattheus 24:49En zou beginnen [zijn] mededienstknechten te slaan, en te eten en te drinken met de dronkaards;
Johannes 2:10En zeide tot hem: Alle man zet eerst den goeden wijn op, en wanneer men wel gedronken heeft, alsdan den minderen; [maar] gij hebt den goeden wijn tot nu toe bewaard.
Handelingen 2:15Want deze zijn niet dronken, gelijk gij vermoedt; want het is [eerst] de derde ure van de dag.
1 Corinthiers 11:21Want in het eten neemt een iegelijk te voren zijn eigen avondmaal; en deze is hongerig, en de andere is dronken.
1 Thessalonicensen 5:7Want die slapen, slapen des nachts, en die dronken zijn, zijn des nachts dronken.
Openbaring 17:2Met welke de koningen der aarde gehoereerd hebben, en die de aarde bewonen zijn dronken geworden van den wijn harer hoererij.
Openbaring 17:6En ik zag, dat de vrouw dronken was van het bloed der heiligen, en van het bloed der getuigen van Jezus. En ik verwonderde mij, als ik haar zag, met grote verwondering.

Mede mogelijk dankzij