Mattheus 1:19 | Jozef nu, haar man, alzo hij rechtvaardig was, en haar niet wilde openbaarlijk te schande maken, was van wil haar heimelijk te verlaten. |
Mattheus 1:20 | En alzo hij deze dingen in den zin had, ziet, de engel des Heeren verscheen hem in den droom, zeggende: Jozef, [gij] zone Davids! wees niet bevreesd Maria, uw vrouw, tot u te nemen; want hetgeen in haar ontvangen is, dat is uit den Heiligen Geest; |
Mattheus 2:12 | En door Goddelijke openbaring vermaand zijnde in den droom, dat zij niet zouden wederkeren tot Herodes, vertrokken zij door een anderen weg weder naar hun land. |
Mattheus 3:9 | En meent niet bij uzelven te zeggen: Wij hebben Abraham tot een vader; want ik zeg u, dat God zelfs uit deze stenen Abraham kinderen kan verwekken. |
Mattheus 3:10 | En ook is alrede de bijl aan den wortel der bomen gelegd; alle boom dan, die geen goede vrucht voortbrengt, wordt uitgehouwen en in het vuur geworpen. |
Mattheus 5:13 | Gij zijt het zout der aarde; indien nu het zout smakeloos wordt, waarmede zal [het] gezouten worden? Het deugt nergens meer toe, dan om buiten geworpen, en van de mensen vertreden te worden. |
Mattheus 5:17 | Meent niet, dat Ik gekomen ben, om de wet of de profeten te ontbinden; Ik ben niet gekomen, om [die] te ontbinden, maar te vervullen. |
Mattheus 5:18 | Want voorwaar zeg Ik u: Totdat de hemel en de aarde voorbijgaan, zal er niet een jota noch een tittel van de wet voorbijgaan, totdat het alles zal zijn geschied. |
Mattheus 5:20 | Want Ik zeg u: Tenzij uw gerechtigheid overvloediger zij, dan der Schriftgeleerden en der Farizeen, dat gij in het Koninkrijk der hemelen geenszins zult ingaan. |
Mattheus 5:26 | Voorwaar, Ik zeg u: Gij zult daar geenszins uitkomen, totdat gij den laatsten penning zult betaald hebben. |
Mattheus 5:29 | Indien dan uw rechteroog u ergert, trekt het uit, en werpt het van u; want het is u nut, dat een uwer leden verga, en niet uw gehele lichaam in de hel geworpen worde. |
Mattheus 5:30 | En indien uw rechterhand u ergert, houwt ze af, en werpt ze van u; want het is u nut, dat een uwer leden verga, en niet uw gehele lichaam in de hel geworpen worde. |
Mattheus 5:34 | Maar Ik zeg u: Zweert ganselijk niet, noch bij den hemel, omdat hij is de troon Gods; |
Mattheus 5:39 | Maar Ik zeg u, dat gij den boze niet wederstaat; maar, zo wie u op de rechterwang slaat, keert hem ook de andere toe; |
Mattheus 5:42 | Geeft dengene, die [iets] van u bidt, en keert u niet af van dengene, die van u lenen wil. |
Mattheus 6:1 | Hebt acht, dat gij uw aalmoes niet doet voor de mensen, om van hen gezien te worden; anders zo hebt gij geen loon bij uw Vader, Die in de hemelen is. |
Mattheus 6:2 | Wanneer gij dan aalmoes doet, zo laat voor u niet trompetten, gelijk de geveinsden in de synagogen en op de straten doen, opdat zij van de mensen geeerd mogen worden. Voorwaar zeg Ik u: Zij hebben hun loon weg. |
Mattheus 6:3 | Maar als gij aalmoes doet, zo laat uw linker[hand] niet weten, wat uw rechter doet; |
Mattheus 6:7 | En als gij bidt, zo gebruikt geen ijdel verhaal van woorden, gelijk de heidenen; want zij menen, dat zij door hun veelheid van woorden zullen verhoord worden. |
Mattheus 6:8 | Wordt dan hun niet gelijk; want uw Vader weet, wat gij van node hebt, eer gij Hem bidt. |