Handelingen 7:58 | En wierpen hem ter stad uit, en stenigden [hem]; en de getuigen legden hun klederen af aan de voeten eens jongelings, genaamd Saulus. |
Handelingen 20:9 | En een zeker jongeling, met name Eutychus, zat in het venster en met een diepen slaap overvallen zijnde, alzo Paulus lang [tot hen] sprak, door den slaap nederstortende, viel van de derde zoldering nederwaarts, en werd dood opgenomen. |
Handelingen 23:17 | En Paulus riep tot zich een van de hoofdmannen over honderd, en zeide: Leid dezen jongeling heen tot den overste; want hij heeft hem wat te boodschappen. |
Handelingen 23:18 | Deze dan nam hem en bracht [hem] tot den overste, en zeide: Paulus, de gevangene, heeft mij tot zich geroepen, en begeerd, dat ik dezen jongeling tot u zou brengen, die u wat heeft te zeggen. |
Handelingen 23:22 | De overste dan liet den jongeling gaan, [hem] gebiedende: Zeg niemand voort, dat gij mij zulks geopenbaard hebt. |