Markus 16:14 | Daarna is Hij geopenbaard aan de elven, daar zij aanzaten, en verweet [hun] hun ongelovigheid en hardigheid des harten, omdat zij niet geloofd hadden degenen, die Hem gezien hadden, nadat Hij opgestaan was. |
Markus 16:16 | Die geloofd zal hebben, en gedoopt zal zijn, zal zalig worden; maar die niet zal geloofd hebben, zal verdoemd worden. |
Markus 16:17 | En degenen, die geloofd zullen hebben, zullen deze tekenen volgen: in Mijn Naam zullen zij duivelen uitwerpen; met nieuwe tongen zullen zij spreken, |
Lukas 1:20 | En zie, gij zult zwijgen, en niet kunnen spreken, tot op den dag, dat deze dingen geschied zullen zijn; om dies wil, dat gij mijn woorden niet geloofd hebt, welke vervuld zullen worden op hun tijd. |
Lukas 1:45 | En zalig is [zij], die geloofd heeft; want de dingen, die haar van den Heere gezegd zijn, zullen volbracht worden. |
Lukas 8:12 | En die bij den weg [bezaaid worden], zijn dezen, die horen; daarna komt de duivel, en neemt het Woord uit hun hart weg, opdat zij niet zouden geloven, en zalig worden. |
Lukas 8:13 | En die op de steenrots [bezaaid worden], zijn dezen, die, wanneer zij het gehoord hebben, het Woord met vreugde ontvangen; en dezen hebben geen wortel, die maar voor een tijd geloven, en in den tijd der verzoeking wijken zij af. |
Lukas 8:50 | Maar Jezus, [dat] horende, antwoordde hem, zeggende: Vrees niet, geloof alleenlijk, en zij zal behouden worden. |
Lukas 16:11 | Zo gij dan in den onrechtvaardigen Mammon niet getrouw zijt geweest, wie zal u het ware vertrouwen? |
Lukas 20:5 | En zij overleiden onder zich, zeggende: Indien wij zeggen: Uit den Hemel; zo zal Hij zeggen: Waarom hebt gij dan hem niet geloofd? |
Lukas 22:67 | Zeggende: Zijt Gij de Christus, zeg het ons. En Hij zeide tot hen: Indien Ik het u zeg, gij zult het niet geloven; |
Lukas 24:25 | En Hij zeide tot hen: O onverstandigen en tragen van hart, om te geloven al hetgeen de profeten gesproken hebben! |
Johannes 1:7 | Deze kwam tot een getuigenis, om van het Licht te getuigen, opdat zij allen door hem geloven zouden. |
Johannes 1:12 | Maar zovelen Hem aangenomen hebben, dien heeft Hij macht gegeven kinderen Gods te worden, [namelijk] die in Zijn Naam geloven; |
Johannes 1:50 | Nathanael antwoordde en zeide tot Hem: Rabbi! Gij zijt de Zone Gods, Gij zijt de Koning Israels. |
Johannes 2:11 | Dit beginsel der tekenen heeft Jezus gedaan te Kana in Galilea, en heeft Zijn heerlijkheid geopenbaard; en Zijn discipelen geloofden in Hem. |
Johannes 2:22 | Daarom, als Hij opgestaan was van de doden, werden Zijn discipelen gedachtig, dat Hij dit tot hen gezegd had, en zij geloofden de Schrift, en het woord, dat Jezus gesproken had. |
Johannes 2:23 | En als Hij te Jeruzalem was, op het pascha, in het feest, geloofden velen in Zijn Naam, ziende Zijn tekenen, die Hij deed. |
Johannes 2:24 | Maar Jezus Zelf betrouwde hun Zichzelven niet, omdat Hij hen allen kende, |
Johannes 3:12 | Indien Ik ulieden de aardse dingen gezegd heb, en gij niet gelooft, hoe zult gij geloven, indien Ik ulieden de hemelse zou zeggen? |