G4100 πιστεύω
denken dat waar is, overtuigd zijn van, geloven, vertrouwen schenken aan
Johannes 10:37 | Indien Ik niet doe de werken Mijns Vaders, zo gelooft Mij niet; |
Johannes 10:38 | Maar indien Ik ze doe, en zo gij Mij niet gelooft, zo gelooft de werken; opdat gij moogt bekennen en geloven, dat de Vader in Mij is, en Ik in Hem. |
Johannes 10:42 | En velen geloofden aldaar in Hem. |
Johannes 11:15 | En Ik ben blijde om uwentwil, dat Ik daar niet geweest ben, opdat gij geloven moogt; doch laat ons tot hem gaan. |
Johannes 11:25 | Jezus zeide tot haar: Ik ben de Opstanding en het Leven; die in Mij gelooft zal leven, al ware hij ook gestorven; |
Johannes 11:26 | En een iegelijk, die leeft, en in Mij gelooft, zal niet sterven in der eeuwigheid. Gelooft gij dat? |
Johannes 11:27 | Zij zeide tot Hem: Ja, Heere; ik heb geloofd, dat Gij zijt de Christus, de Zone Gods, Die in de wereld komen zou. |
Johannes 11:40 | Jezus zeide tot haar: Heb Ik u niet gezegd, dat, zo gij gelooft, gij de heerlijkheid Gods zien zult? |
Johannes 11:42 | Doch Ik wist, dat Gij Mij altijd hoort; maar om der schare wil, die rondom staat, heb Ik [dit] gezegd, opdat zij zouden geloven, dat Gij Mij gezonden hebt. |
Johannes 11:45 | Velen dan uit de Joden, die tot Maria gekomen waren, en aanschouwd hadden, hetgeen Jezus gedaan had, geloofden in Hem. |
Johannes 11:48 | Indien wij Hem alzo laten [geworden], zij zullen allen in Hem geloven, en de Romeinen zullen komen, en wegnemen beide onze plaats en volk. |
Johannes 12:11 | Want velen van de Joden gingen heen om zijnentwil, en geloofden in Jezus. |
Johannes 12:36 | Terwijl gij het Licht hebt, gelooft in het Licht, opdat gij kinderen des Lichts moogt zijn. Deze dingen sprak Jezus; en weggaande verborg Hij Zich van hen. |
Johannes 12:37 | En hoewel Hij zovele tekenen voor hen gedaan had, [nochtans] geloofden zij in Hem niet; |
Johannes 12:38 | Opdat het woord van Jesaja, den profeet, vervuld werd, dat hij gesproken heeft: Heere, wie heeft onze prediking geloofd, en wien is de arm des Heeren geopenbaard? |
Johannes 12:39 | Daarom konden zij niet geloven, dewijl Jesaja wederom gezegd heeft: |
Johannes 12:42 | Nochtans geloofden ook zelfs velen uit de oversten in Hem; maar om der Farizeen wil beleden zij het niet; opdat zij uit de synagoge niet zouden geworpen worden. |
Johannes 12:44 | En Jezus riep, en zeide: Die in Mij gelooft, gelooft in Mij niet, maar in Dengene, Die Mij gezonden heeft. |
Johannes 12:46 | Ik ben een Licht, in de wereld gekomen, opdat een iegelijk, die in Mij gelooft, in de duisternis niet blijve. |
Johannes 12:47 | En indien iemand Mijn woorden gehoord, en niet geloofd zal hebben, Ik oordeel hem niet; want Ik ben niet gekomen, opdat Ik de wereld oordele, maar opdat Ik de wereld zalig make. |