Handelingen 9:25 | Doch de discipelen namen hem des nachts, en lieten [hem] neder door den muur, [hem] aflatende in een mand. |
2 Corinthiers 11:33 | En ik werd door een venster in een mand over den muur nedergelaten, en ontvlood zijn handen. |
Hebreeen 11:30 | Door het geloof zijn de muren van Jericho gevallen, als zij tot zeven dagen toe omringd waren geweest. |
Openbaring 21:12 | En zij had een groten en hogen muur, en had twaalf poorten, en in de poorten twaalf engelen, en namen daarop geschreven, welken zijn de [namen] der twaalf geslachten der kinderen Israels. |
Openbaring 21:14 | En de muur der stad had twaalf fondamenten, en in dezelve de namen der twaalf apostelen des Lams. |
Openbaring 21:15 | En hij die met mij sprak, had een gouden rietstok, opdat hij de stad zou meten, en haar poorten, en haar muur. |
Openbaring 21:17 | En hij mat haar muur op honderd vier en veertig ellen, [naar] de maat eens mensen, welke des engels was. |
Openbaring 21:18 | En het gebouw van haar muur Jaspis; en de stad was zuiver goud, zijnde zuiver glas gelijk. |
Openbaring 21:19 | En de fondamenten van den muur der stad waren met allerlei kostelijk gesteente versierd. Het eerste fondament was Jaspis, het tweede Saffier, het derde Chalcedon, het vierde Smaragd. |