G5070 τετρακισχίλιοι
vierduizend

Bijbelteksten

Mattheus 15:38En die daar gegeten hadden, waren vier duizend mannen, zonder de vrouwen en kinderen.
Mattheus 16:10Noch aan de zeven broden der vier duizend [mannen], en hoevele manden gij opnaamt?
Markus 8:9Die nu gegeten hadden, waren omtrent vier duizend; en Hij liet hen gaan.
Markus 8:20En toen Ik de zeven [brak] onder de vier duizend mannen, hoeveel volle manden met brokken gij opnaamt? En zij zeiden: Zeven.
Handelingen 21:38Zijt gij dan niet de Egyptenaar, die voor deze dagen oproer verwekte, en de vier duizend moordenaars naar de woestijn uitleidde?

Mede mogelijk dankzij

KlussenKlussen