G5228 ὑπέρ
over, meer dan, ten behoeve van, ter wille van, meer, verder
Efeziers 6:20 | Waarover ik een gezant ben in een keten, opdat ik in hetzelve vrijmoediglijk moge spreken, gelijk mij betaamt te spreken. |
Filippenzen 1:4 | (Te allen tijd in al mijn gebed voor u allen met blijdschap het gebed doende) |
Filippenzen 1:7 | Gelijk het bij mij recht is, dat ik van u allen dit gevoel, omdat ik in [mijn] hart houde, dat gij, beide in mijn banden, en [in mijn] verantwoording en bevestiging van het Evangelie, gij allen, [zeg ik], mijner genade mede deelachtig zijt. |
Filippenzen 1:29 | Want u is uit genade gegeven in de zaak van Christus, niet alleen in Hem te geloven, maar ook voor Hem te lijden; |
Filippenzen 2:9 | Daarom heeft Hem ook God uitermate verhoogd, en heeft Hem een Naam gegeven, welke boven allen naam is; |
Filippenzen 2:13 | Want het is God, Die in u werkt beide het willen en het werken, naar [Zijn] welbehagen. |
Filippenzen 4:10 | En ik ben grotelijks verblijd geweest in den Heere, dat gij nu eenmaal wederom verwakkerd zijt om aan mij te gedenken; waaraan gij ook gedacht hebt, maar gij hebt de gelegenheid niet gehad. |
Colossenzen 1:7 | Gelijk gij ook geleerd hebt van Epafras, onzen geliefden mededienstknecht, dewelke een getrouw dienaar van Christus is voor u; |
Colossenzen 1:9 | Waarom ook wij, van dien dag af dat wij het gehoord hebben, niet ophouden voor u te bidden en te begeren, dat gij moogt vervuld worden met de kennis van Zijn wil, in alle wijsheid en geestelijk verstand; |
Colossenzen 1:24 | Die mij nu verblijd in mijn lijden voor u, en vervulle in mijn vlees de overblijfselen van de verdrukkingen van Christus, voor Zijn lichaam, hetwelk is de Gemeente; |
Colossenzen 4:12 | U groet Epafras, die uit de uwen is, een dienstknecht van Christus, te allen tijde strijdende voor u in de gebeden, opdat gij staan moogt volmaakt en volkomen in al den wil van God. |
Colossenzen 4:13 | Want ik geef hem getuigenis, dat hij groten ijver heeft over u en degenen, die in Laodicea zijn, en degenen, die in Hierapolis zijn. |
1 Thessalonicensen 3:10 | Nacht en dag zeer overvloediglijk biddende, om uw aangezicht te mogen zien, en te volmaken, hetgeen aan uw geloof ontbreekt. |
1 Thessalonicensen 5:10 | Die voor ons gestorven is, opdat wij, hetzij dat wij waken, hetzij dat wij slapen, te zamen met Hem leven zouden. |
1 Thessalonicensen 5:13 | En acht hen zeer veel in liefde, om huns werks wil. Zijt vreedzaam onder elkander. |
2 Thessalonicensen 1:4 | Alzo dat wij zelven van u roemen in de Gemeenten Gods, over uw lijdzaamheid en geloof in al uw vervolgingen en verdrukkingen, die gij verdraagt; |
2 Thessalonicensen 1:5 | Een bewijs van Gods rechtvaardig oordeel, opdat gij waardig geacht wordt het Koninkrijk Gods, voor hetwelk gij ook lijdt; |
2 Thessalonicensen 2:1 | En wij bidden u, broeders, door de toekomst van onzen Heere Jezus Christus, en onze toevergadering tot Hem, |
1 Timotheus 2:1 | Ik vermaan dan voor alle dingen, dat gedaan worden smekingen, gebeden, voorbiddingen, dankzeggingen, voor alle mensen; |
1 Timotheus 2:2 | Voor koningen, en allen, die in hoogheid zijn; opdat wij een gerust en stil leven leiden mogen in alle godzaligheid en eerbaarheid. |