Aantekeningen bij de Bijbel:

G5720

Bijbelteksten

Lukas 9:3	En Hij zeide tot hen: Neemt niets mede tot den weg, noch staven, noch male, noch brood, noch geld; noch iemand van u zal twee rokken hebben.
Lukas 9:4	En in wat huis gij ook zult ingaan, blijft aldaar, en gaat van daar uit.
Lukas 9:23	En Hij zeide tot allen: Zo iemand achter Mij wil komen, die verloochene zichzelven, en neme zijn kruis dagelijks op, en volge Mij.
Lukas 9:35	En er geschiedde een stem uit de wolk, zeggende: Deze is Mijn geliefde Zoon; hoort Hem!
Lukas 9:50	En Jezus zeide tot hem: Verbied het niet; want wie tegen ons niet is, die is voor ons.
Lukas 9:59	En Hij zeide tot een anderen: Volg Mij. Doch hij zeide: Heere, laat mij toe, dat ik heenga, en eerst mijn vader begrave.
Lukas 9:60	Maar Jezus zeide tot hem: Laat de doden hun doden begraven; doch gij, ga heen en verkondig het Koninkrijk Gods.
Lukas 10:3	Gaat henen; ziet, Ik zend u als lammeren in het midden der wolven.
Lukas 10:4	Draagt geen buidel, noch male, noch schoenen; en groet niemand op den weg.
Lukas 10:5	En in wat huis gij zult ingaan, zegt eerst: Vrede [zij] dezen huize!
Lukas 10:7	En blijft in datzelve huis, etende en drinkende, hetgeen van hen [voorgezet wordt]; want de arbeider is zijn loon waardig; gaat niet over van [het ene] huis in [het andere] huis.
Lukas 10:8	En in wat stad gij zult ingaan, en zij u ontvangen, eet hetgeen ulieden voorgezet wordt.
Lukas 10:9	En geneest de kranken, die daarin zijn, en zegt tot hen: Het Koninkrijk Gods is nabij u gekomen.
Lukas 10:11	Ook het stof, dat uit uw stad aan ons kleeft, schudden wij af op ulieden; nochtans zo weet dit, dat het Koninkrijk Gods nabij u gekomen is.
Lukas 10:20	Doch verblijdt u daarin niet, dat de geesten u onderworpen zijn; maar verblijdt u veel meer, dat uw namen geschreven zijn in de hemelen.
Lukas 10:28	En Hij zeide tot hem: Gij hebt recht geantwoord; doe dat, en gij zult leven.
Lukas 10:37	En hij zeide: Die barmhartigheid aan hem gedaan heeft. Zo zeide dan Jezus tot hem: Ga heen, en doe gij desgelijks.
Lukas 11:2	En Hij zeide tot hen: Wanneer gij bidt, zo zegt: Onze Vader, Die in de hemelen [zijt]! Uw Naam worde geheiligd. Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in den hemel, [alzo] ook op de aarde.
Lukas 11:3	Geef ons elken dag ons dagelijks brood.
Lukas 11:7	En dat die van binnen, antwoordende, zou zeggen: Doe mij geen moeite aan; de deur is nu gesloten, en mijn kinderen zijn met mij in de slaapkamer; ik kan niet opstaan, om u te geven.

< 1 2 ... 6 7 8 9 10 11 12 ... 24 25 >