Psalm 105:26 | Hij zond Mozes, Zijn knecht, [en] Aaron, dien Hij verkoren had. |
Psalm 106:16 | En zij benijdden Mozes in het leger, [en] Aaron, den heilige des HEEREN. |
Psalm 115:10 | Gij huis van Aaron! vertrouw op den HEERE; Hij is hun Hulp en hun Schild. |
Psalm 115:12 | De HEERE is onzer gedachtig geweest, Hij zal zegenen; Hij zal het huis van Israel zegenen, Hij zal het huis van Aaron zegenen. |
Psalm 118:3 | Het huis van Aaron zegge nu, dat Zijn goedertierenheid in der eeuwigheid is. |
Psalm 133:2 | Het is, gelijk de kostelijke olie op het hoofd, nederdalende op den baard, den baard van Aaron, die nederdaalt tot op den zoom zijner klederen. |
Psalm 135:19 | Gij huis Israels! looft den HEERE; gij huis Aarons! looft den HEERE. |
Micha 6:4 | Immers heb Ik u uit Egypteland opgevoerd, en u uit het diensthuis verlost; en Ik heb voor uw aangezicht henen gezonden Mozes, Aaron en Mirjam. |