H640 אָפַד
ombinden, omgorden

Bijbelteksten

Exodus 29:5Daarna zult gij de klederen nemen, en Aaron den rok, en den mantel des efods, en den efod, en den borstlap aandoen; en gij zult hem omgorden met den kunstelijken riem des efods.
Leviticus 8:7Daar deed hij hem den rok aan, en gordde hem met den gordel, en trok hem den mantel aan; ook deed hij hem den efod aan, en gordde dien met de kunstelijken riem des efods, en ombond hem daarmede.

Mede mogelijk dankzij

Livius Onderwijs