H2088 זֶה
deze (man), hier, van hier, dezen zelfden, die, dat, dit, deze, nu
Leviticus 11:9 | Dit zult gij eten van al wat in de wateren is: al wat in de wateren, in de zeeen en in de rivieren, vinnen en schubben heeft, dat zult gij eten; |
Leviticus 11:21 | Dit nochtans zult gij eten van al het kruipend gevogelte, dat op vier [voeten] gaat, hetwelk boven aan zijn voeten schenkelen heeft, om daarmede op de aarde te springen; |
Leviticus 11:29 | Verder zal u dit onder het kruipend gedierte, dat op de aarde kruipt, onrein zijn: het wezeltje, en de muis, en de schildpad, naar haar aard; |
Leviticus 16:30 | Want op dien dag zal hij voor u verzoening doen, om u te reinigen; van al uw zonden zult gij voor het aangezicht des HEEREN gereinigd worden. |
Leviticus 17:2 | Spreek tot Aaron, en tot zijn zonen, en tot al de kinderen Israëls, en zeg tot hen: Dit is het woord, hetwelk de HEERE geboden heeft, zeggende: |
Leviticus 23:6 | En op den vijftienden dag der derzelver maand is het feest van de ongezuurde [broden] des HEEREN; zeven dagen zult gij ongezuurde [broden] eten. |
Leviticus 23:14 | En gij zult geen brood, noch geroost koren, noch groene aren eten, tot op dienzelven dag, dat gij de offerande uws Gods zult gebracht hebben; het is een eeuwige inzetting voor uw geslachten, in al uw woningen. |
Leviticus 23:21 | En gij zult op dienzelfden dag uitroepen, [dat] gij een heilige samenroeping zult hebben; geen dienstwerk zult gij doen; het is een eeuwige inzetting in al uw woningen voor uw geslachten. |
Leviticus 23:27 | Doch op den tienden dezer zevende maand zal de verzoendag zijn, een heilige samenroeping zult gij hebben; dan zult gij uw zielen verootmoedigen, en zult den HEERE een vuuroffer offeren. |
Leviticus 23:28 | En op dienzelven dag zult gij geen werk doen; want het is de verzoendag, om over u verzoening te doen voor het aangezicht des HEEREN uws Gods. |
Leviticus 23:29 | Want alle ziel, welken op dienzelven dag niet zal verootmoedigd zijn geweest, die zal uitgeroeid worden uit haar volken. |
Leviticus 23:30 | Ook alle ziel, die enig werk op dienzelven dag gedaan zal hebben, die ziel zal Ik uit het midden haars volks verderven. |
Leviticus 23:34 | Spreek tot de kinderen Israels, zeggende: Op den vijftienden dag van deze zevende maand zal het feest der loofhutten zeven dagen den HEERE zijn. |
Numeri 7:17 | En ten dankoffer: twee runderen, vijf rammen, vijf bokken, vijf eenjarige lammeren. Dit was de offerande van Nahesson, den zoon van Amminadab. |
Numeri 7:23 | En ten dankoffer: twee runderen, vijf rammen, vijf bokken, vijf eenjarige lammeren. Dit was de offerande van Nethaneel, den zoon van Zuar. |
Numeri 7:29 | En ten dankoffer: twee runderen, vijf rammen, vijf bokken, vijf eenjarige lammeren. Dit was de offerande van Eliab, den zoon van Helon. |
Numeri 7:35 | En ten dankoffer: twee runderen, vijf rammen, vijf bokken, vijf eenjarige lammeren. Dit was de offerande van Elizur, den zoon van Sedeur. |
Numeri 7:41 | En ten dankoffer: twee runderen, vijf rammen, vijf bokken, vijf eenjarige lammeren. Dit was de offerande van Selumiel, den zoon van Zurisaddai. |
Numeri 7:47 | En ten dankoffer: twee runderen, vijf rammen, vijf bokken, vijf eenjarige lammeren. Dit was de offerande van Eljasaf, den zoon van Dehuel. |
Numeri 7:53 | En ten dankoffer: twee runderen, vijf rammen, vijf bokken, vijf eenjarige lammeren. Dit was de offerande van Elisama, den zoon van Ammihud. |