H2134 זַךְ
rein, rein, zuiver, een eerlijk man
Exodus 27:20 | Gij nu zult de kinderen Israels gebieden, dat zij tot u brengen reine olie van olijven, gestoten tot den luchter, dat men geduriglijk de lampen aansteke. |
Exodus 30:34 | Verder zeide de HEERE tot Mozes: Neem tot u welriekende specerijen, mirresap, en oniche, en galban, [deze] welriekende specerijen, en zuiveren wierook; dat elk bijzonder zij. |
Leviticus 24:2 | Gebied den kinderen Israëls, dat zij tot u brengen zuivere gestoten olijfolie, voor den luchter, om de lampen gedurig aan te steken. |
Leviticus 24:7 | En op elke rij zult gij zuiveren wierook leggen, welke het brood ten gedenkoffer zal zijn; het is een vuuroffer den HEERE. |
Job 8:6 | Zo gij zuiver en recht zijt, gewisselijk zal Hij nu opwaken, om uwentwil, en Hij zal de woning uwer gerechtigheid volmaken. |
Job 11:4 | Want gij hebt gezegd: Mijn leer is zuiver, en ik ben rein in uw ogen. |
Job 16:17 | Daar toch geen wrevel in mijn handen is, en mijn gebed zuiver is. |
Job 33:9 | Ik ben rein, zonder overtreding; ik ben zuiver, en heb geen misdaad. |
Spreuken 16:2 | Alle wegen des mans zijn zuiver in zijn ogen; maar de HEERE weegt de geesten. |
Spreuken 20:11 | Een jongen zal ook door zijn handelingen zich bekend maken, of zijn werk zuiver, en of het recht zal wezen. |
Spreuken 21:8 | De weg des mensen is gans verkeerd en vreemd; maar het werk des zuiveren is recht. |