H3476 יֹשֶׁר
onschuld, oprechtheid, rechte plicht, recht, oprechtigheid, oprecht, onbehoorlijk

Bijbelteksten

Deuteronomium 9:5Niet om uw gerechtigheid, noch om de oprechtheid uws harten, komt gij er henen in, om hun land te erven; maar om de goddeloosheid dezer volken, verdrijft hen de HEERE, uw God, voor uw aangezicht uit de bezitting: en om het woord te bevestigen, dat de HEERE, uw God, aan uw vaderen, Abraham, Izak en Jakob, gezworen heeft.
1 Koningen 9:4En zo gij voor Mijn aangezicht wandelen zult, gelijk als uw vader David gewandeld heeft, met volkomenheid des harten, en met oprechtheid, om te doen naar al wat Ik u geboden heb, [en] Mijn inzettingen en Mijn rechten houden zult;
1 Kronieken 29:17En ik weet, mijn God, dat Gij het hart proeft, en dat Gij een welgevallen hebt aan oprechtigheden. Ik heb in oprechtigheid mijns harten al deze dingen vrijwillig gegeven, en ik heb nu met vreugde Uw volk, dat hier bevonden wordt, gezien, dat het zich jegens U vrijwillig gedragen heeft.
Job 6:25O, hoe krachtig zijn de rechte redenen! Maar wat bestraft het bestraffen, [dat] van ulieden is?
Job 33:3Mijn redenen zullen de oprechtigheid mijns harten, en de wetenschap mijner lippen, wat zuiver is, uitspreken.
Job 33:23Is er dan bij Hem een Gezant, een Uitlegger, een uit duizend, om den mens zijn rechten plicht te verkondigen;
Psalm 25:21[Thau.] Laat oprechtigheid en vroomheid mij behoeden, want ik verwacht U.
Psalm 119:7Ik zal U loven in oprechtheid des harten, als ik de rechten Uwer gerechtigheid geleerd zal hebben.
Spreuken 2:13[Van degenen,] die de paden der oprechtheid verlaten, om te gaan in de wegen der duisternis;
Spreuken 4:11Ik onderwijs u in den weg der wijsheid; ik doe u treden in de rechte sporen.
Spreuken 11:24Er is een, die uitstrooit, denwelken nog meer toegedaan wordt; en een, die meer inhoudt dan recht is, maar het is tot gebrek.
Spreuken 14:2Die in zijn oprechtheid wandelt, vreest den HEERE; maar die afwijkt in zijn wegen, veracht Hem.
Spreuken 17:26Het is niet goed, den rechtvaardige ook te doen boeten, dat de prinsen [iemand] slaan zouden om hetgeen recht is.
Prediker 12:10De prediker zocht aangename woorden uit te vinden, en het geschrevene is recht, woorden der waarheid.

Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken