H3701 כֶּסֶף
zilverstukken, geld, zilver, zilvers, zilveren, zilverlingen
Psalm 119:72 | De wet Uws monds is mij beter, dan duizenden van goud of zilver. |
Psalm 135:15 | De afgoden der heidenen zijn zilver en goud, een werk van mensenhanden. |
Spreuken 2:4 | Zo gij haar zoekt als zilver, en naspeurt als verborgen schatten; |
Spreuken 3:14 | Want haar koophandel is beter dan de koophandel van zilver, en haar inkomst dan het uitgegraven goud. |
Spreuken 7:20 | Hij heeft een bundel gelds in zijn hand genomen; ten bestemden dage zal hij naar zijn huis komen. |
Spreuken 8:10 | Neemt Mijn tucht aan, en niet zilver, en wetenschap, meer dan het uitgelezen uitgegraven goud. |
Spreuken 8:19 | Mijn vrucht is beter dan uitgegraven goud, en dan dicht goud; en Mijn inkomen dan uitgelezen zilver. |
Spreuken 10:20 | De tong des rechtvaardigen is uitgelezen zilver; het hart der goddelozen is weinig [waard]. |
Spreuken 16:16 | Hoeveel beter is het wijsheid te bekomen, dan uitgegraven goud, en uitnemender, verstand te bekomen, dan zilver! |
Spreuken 17:3 | De smeltkroes is voor het zilver, en de oven voor het goud; maar de HEERE proeft de harten. |
Spreuken 22:1 | De naam is uitgelezener dan grote rijkdom, de goede gunst dan zilver en dan goud. |
Spreuken 25:4 | Doe het schuim van het zilver weg, en er zal een vat voor den smelter uitkomen; |
Spreuken 25:11 | Een rede, op zijn pas gesproken, is [als] gouden appelen in zilveren gebeelde schalen. |
Spreuken 26:23 | Brandende lippen, en een boos hart, zijn [als] een potscherf met schuim van zilver overtogen. |
Spreuken 27:21 | De smeltkroes is voor het zilver, en de oven voor het goud; alzo is een man naar zijn lof [te proeven]. |
Prediker 2:8 | Ik vergaderde mij ook zilver en goud, en kleinoden der koningen en der landschappen; ik bestelde mij zangers en zangeressen, en wellustigheden der mensenkinderen, snarenspel, ja, allerlei snarenspel. |
Prediker 5:9 | Die het geld liefheeft, wordt van het geld niet zat; en wie den overvloed liefheeft, wordt van het inkomen niet [zat]. Dit is ook ijdelheid. |
Prediker 7:12 | Want de wijsheid is tot een schaduw, [en] het geld is tot een schaduw; maar de uitnemendheid der wetenschap is, dat de wijsheid haar bezitters het leven geeft. |
Prediker 10:19 | Men maakt maaltijden om te lachen, en de wijn verheugt de levenden, en het geld verantwoordt alles. |
Prediker 12:6 | Eer dat het zilveren koord ontketend wordt, en de gulden schaal in stukken gestoten wordt, en de kruik aan de springader gebroken wordt, en het rad aan den bornput in stukken gestoten wordt; |