H3974 מָאוֹר
lichtende, luchter, licht, hemellicht, lichtkandelaar, kandelaar, lichten

Bijbelteksten

Genesis 1:14En God zeide: Dat er lichten zijn in het uitspansel des hemels, om scheiding te maken tussen den dag en tussen den nacht; en dat zij zijn tot tekenen en tot gezette tijden, en tot dagen en jaren!
Genesis 1:15En dat zij zijn tot lichten in het uitspansel des hemels, om licht te geven op de aarde! En het was alzo.
Genesis 1:16God dan maakte die twee grote lichten; dat grote licht tot heerschappij des daags, en dat kleine licht tot heerschappij des nachts; ook de sterren.
Exodus 25:6Olie tot den luchter, specerijen ter zalfolie, en tot roking welriekende specerijen;
Exodus 27:20Gij nu zult de kinderen Israels gebieden, dat zij tot u brengen reine olie van olijven, gestoten tot den luchter, dat men geduriglijk de lampen aansteke.
Exodus 35:8En olie tot den luchter, en specerijen ter zalfolie, en tot roking welriekende specerijen;
Exodus 35:14En den kandelaar tot het licht, en zijn gereedschap, en zijn lampen, en de olie tot het licht;
Exodus 35:28En specerijen en olie, tot den luchter en tot de zalfolie, en tot roking welriekende specerijen.
Exodus 39:37Den louteren kandelaar met zijn lampen, de lampen, die men toerichten moest, en al deszelfs gereedschap, en de olie tot het licht;
Leviticus 24:2Gebied den kinderen Israëls, dat zij tot u brengen zuivere gestoten olijfolie, voor den luchter, om de lampen gedurig aan te steken.
Numeri 4:9Dan zullen zij een kleed van hemelsblauw nemen, en bedekken den kandelaar des luchters, en zijn lampen, en zijn snuiters, en zijn blusvaten, en al zijn olievaten, met welke zij aan denzelven dienen.
Numeri 4:16Het opzicht nu van Eleazar, den zoon van Aaron, den priester, zal zijn over de olie des luchters, en het reukwerk der welriekende specerijen, en het gedurig spijsoffer, en de zalfolie; het opzicht des gansen tabernakels, en alles wat daarin is, aan het heiligdom en aan zijn gereedschap.
Psalm 74:16De dag is Uwe, ook is de nacht Uwe; Gij hebt het licht en de zon bereid.
Psalm 90:8Gij stelt onze ongerechtigheden voor U, onze heimelijke [zonden] in het licht Uws aanschijns.
Spreuken 15:30Het licht der ogen verblijdt het hart; een goed gerucht maakt het gebeente vet.
Ezechiel 32:8Alle lichtende lichten aan den hemel, die zal Ik om uwentwil zwart maken; en Ik zal een duisternis over uw land maken, spreekt de Heere HEERE.

Mede mogelijk dankzij

KlussenKlussen