H4209 מְזִמָּה
intents, wicked device, discretion, device, thought

Bijbelteksten

Job 21:27Ziet, ik weet ulieder gedachten, en de boze verdichtselen, [waarmede] gij tegen mij geweld doet.
Job 42:2Ik weet, dat Gij alles vermoogt, en dat geen van Uw gedachten kan afgesneden worden.
Psalm 10:2De goddeloze vervolgt hittiglijk in hoogmoed den ellendige; laat hen gegrepen worden in de aanslagen, die zij bedacht hebben.
Psalm 10:4De goddeloze, gelijk hij zijn neus omhoog steekt, onderzoekt niet; al zijn gedachten zijn, dat er geen God is.
Psalm 21:12Want zij hebben kwaad tegen U aangelegd; zij hebben een schandelijke daad bedacht, [doch] zullen niets vermogen.
Psalm 37:7[Daleth.] Zwijg den HEERE, en verbeid Hem; ontsteek u niet over dengene, wiens weg voorspoedig is; over een man, die listige aanslagen uitvoert.
Psalm 139:20Die van U schandelijk spreken, [en] Uw vijanden ijdellijk verheffen.
Spreuken 1:4Om den slechten kloekzinnigheid te geven, den jongeling wetenschap en bedachtzaamheid.
Spreuken 2:11Zo zal de bedachtzaamheid over u de wacht houden, de verstandigheid zal u behoeden;
Spreuken 3:21Mijn zoon! laat ze niet afwijken van uw ogen; bewaar de bestendige wijsheid en bedachtzaamheid.
Spreuken 5:2Opdat gij alle bedachtzaamheid behoudt, en uw lippen wetenschap bewaren.
Spreuken 8:12Ik, Wijsheid, woon [bij] de kloekzinnigheid, en vinde de kennis van alle bedachtzaamheid.
Spreuken 12:2De goede zal een welgevallen trekken van den HEERE; maar een man van schandelijke verdichtselen zal Hij verdoemen.
Spreuken 14:17Die haastig is tot toorn, zal dwaasheid doen; en een man van schandelijke verdichtselen zal gehaat worden.
Spreuken 24:8Die denkt om kwaad te doen, dien zal men een meester van schandelijke verdichtselen noemen.
Jeremia 11:15Wat heeft Mijn beminde in Mijn huis [te doen], dewijl zij die schandelijke daad [met] velen doet, en het heilige vlees van u geweken is? Wanneer gij kwaad [doet], dan springt gij op van vreugde.
Jeremia 23:20Des HEEREN toorn zal zich niet afwenden, totdat Hij zal hebben gedaan, en totdat Hij zal hebben daargesteld de gedachten Zijns harten; in het laatste der dagen zult gij [met] verstand daarop letten.
Jeremia 30:24De hittigheid van des HEEREN toorn zal zich niet afwenden, totdat Hij gedaan, en totdat Hij daargesteld zal hebben de gedachten Zijns harten; in het laatste der dagen zult gij daarop letten.
Jeremia 51:11Zuivert de pijlen, rust de schilden volkomenlijk toe; de HEERE heeft den geest der koningen van Medie opgewekt; want Zijn voornemen is tegen Babel, dat Hij haar verderve; want dit is de wraak des HEEREN, de wraak Zijns tempels.

Mede mogelijk dankzij

TuinTuin