H4395 מְלֵאָה
fruit, fulness, ripe fruit

Bijbelteksten

Exodus 22:29Uw volheid en uw tranen zult gij niet uitstellen; den eerstgeborene uwer zonen zult gij Mij geven.
Numeri 18:27En het zal u gerekend worden tot uw hefoffer, als koren van den dorsvloer, en als de volheid van de perskuip.
Deuteronomium 22:9Gij zult uw wijngaard niet met tweeerlei bezaaien; opdat de volheid des zaads, dat gij zult gezaaid hebben, en de inkomst des wijngaards niet ontheiligd worde.
2 Samuel 23:11Na hem nu was Samma, de zoon van Age, de Harariet. Toen de Filistijnen verzameld waren in een dorp, en aldaar een stuk akkers was vol linzen, en het volk voor het aangezicht der Filistijnen vluchtte;
Jesaja 1:21Hoe is de getrouwe stad tot een hoer geworden! Zij was vol recht, gerechtigheid herbergde daarin, maar nu doodslagers.
Jesaja 22:2Gij, die vol van groot gedruis waart, gij woelige stad, gij, vrolijk huppelende stad! Uw verslagenen zijn niet verslagen met het zwaard, noch gestorven in den strijd.
Amos 2:13Ziet, Ik zal uw plaatsen drukken, gelijk als een wagen drukt, die vol garven is.
Nahum 3:1Wee der bloedstad, die gans vol leugen, [en] verscheuring is! de roof houdt niet op.

Mede mogelijk dankzij

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel