H5816 עֻזִּיאֵל
Uzziel

Bijbelteksten

Exodus 6:17En de zonen van Kehath: Amram, en Jizhar, en Hebron, en Uzziel, en de jaren des levens van Kehath waren honderd drie en dertig jaren.
Exodus 6:21En de zonen van Uzziel: Misael, en Elzafan, en Sithri.
Leviticus 10:4En Mozes riep Misael en Elzafan, de zonen van Uzziel, den oom van Aaron, en zeide tot hen: Treedt toe, draagt uw broederen weg, van voor het heiligdom tot buiten het leger.
Numeri 3:19En de zonen van Kahath, naar hun geslachten; Amram en Izhar, Hebron en Uzziel.
Numeri 3:30De overste nu van het vaderlijke huis der geslachten van de Kahathieten, zal zijn Elisafan, de zoon van Uzziel.
1 Kronieken 4:42Ook gingen uit hen, [te weten] uit de kinderen van Simeon, vijfhonderd mannen, tot het gebergte van Seir; en Pelatja, en Nearja, en Refaja, en Uzziel, de zonen van Isei, waren hun tot hoofden.
1 Kronieken 6:2De kinderen van Kahath nu waren Amram, Jizhar, en Hebron, en Uzziel.
1 Kronieken 6:18En de kinderen van Kahath waren Amram, en Jizhar, en Hebron, en Uzziel.
1 Kronieken 7:7En de kinderen van Bela waren Ezbon, en Uzzi, en Uzziel, en Jerimoth, en Iri; vijf hoofden in de huizen der vaderen, kloeke helden; die, in geslachtsregisters gesteld zijnde, waren twee en twintig duizend en vier en dertig.
1 Kronieken 15:10Uit de kinderen van Uzziel was Amminadab overste, en zijn broederen waren honderd en twaalf.
1 Kronieken 23:12De kinderen van Kehath waren Amram, Jizhar, Hebron en Uzziel; vier.
1 Kronieken 23:20Aangaande de kinderen van Uzziel: Micha was het hoofd, en Jissia de tweede.
1 Kronieken 24:24[Van] de kinderen van Uzziel was Micha; van de kinderen van Micha was Samir;
1 Kronieken 25:4Aangaande Heman: de kinderen van Heman waren Bukkia, Mattanja, Uzziel, Sebuel, en Jerimoth, Hananja, Hanani, Eliatha, Giddalti, en Romamthi-ezer, Josbekasa, Mallothi, Hothir, Mahazioth.
2 Kronieken 29:14En van de kinderen van Heman, Jehiel en Simei; en van de kinderen van Jeduthun, Semaja en Uzziel.
Nehemia 3:8Aan zijn hand verbeterde Uzziel, de zoon van Harhoja, [een] der goudsmeden, en aan zijn hand verbeterde Hananja, de zoon van een der apothekers; en zij lieten Jeruzalem tot aan den breden muur.

Mede mogelijk dankzij

Livius Onderwijs