Psalm 18:27 | Bij den reine houdt Gij U rein, maar bij den verkeerde bewijst Gij U een Worstelaar. |
Psalm 26:4 | Ik zit niet bij ijdele lieden, en met bedekte lieden ga ik niet om. |
Psalm 26:5 | Ik haat de vergadering der boosdoeners, en bij de goddelozen zit ik niet. |
Psalm 26:9 | Raap mijn ziel niet weg met de zondaren, noch mijn leven met de mannen des bloeds; |
Psalm 28:1 | [Een psalm] van David. Tot U roep ik, HEERE! mijn Rotssteen, houd U niet als doof van mij af; opdat ik niet, [zo] Gij U van mij stil houdt, vergeleken worde met degenen, die in den kuil nederdalen. |
Psalm 28:3 | Trek mij niet weg met de goddelozen, en met de werkers der ongerechtigheid, die van vrede spreken met hun naasten, maar kwaad is in hun hart. |
Psalm 36:10 | Want bij U is de fontein des levens; in Uw licht zien wij het licht. |
Psalm 39:13 | Hoor, HEERE! mijn gebed, en neem mijn geroep ter ore; zwijg niet tot mijn tranen; want ik ben een vreemdeling bij U, een bijwoner, gelijk al mijn vaders. |
Psalm 42:9 | [Maar] de HEERE zal des daags Zijn goedertierenheid gebieden, en des nachts zal Zijn lied bij mij zijn; het gebed tot den God mijns levens. |
Psalm 46:8 | De HEERE der heirscharen is met ons; de God van Jakob is ons een Hoog Vertrek. Sela. |
Psalm 46:12 | De HEERE der heirscharen is met ons; de God van Jakob is ons een Hoog Vertrek. Sela. |
Psalm 50:18 | Indien gij een dief ziet, zo loopt gij met hem; en uw deel is met de overspelers. |
Psalm 54:2 | Als de Zifieten gekomen waren, en tot Saul gezegd hadden: Verbergt zich David niet bij ons? |
Psalm 66:15 | Brandofferen van mergbeesten zal ik U offeren, met rookwerk van rammen; ik zal runderen met bokken bereiden. Sela. |
Psalm 69:29 | Laat hen uitgedelgd worden uit het boek des levens, en met de rechtvaardigen niet aangeschreven worden. |
Psalm 72:5 | Zij zullen U vrezen, zolang de zon en maan zullen zijn, van geslacht tot geslacht. |
Psalm 73:5 | Zij zijn niet in de moeite [als andere] mensen, en worden met [andere] mensen niet geplaagd. |
Psalm 73:22 | Toen was ik onvernuftig, en wist niets; ik was een groot beest bij U. |
Psalm 73:23 | Ik zal dan geduriglijk bij U zijn; Gij hebt mijn rechterhand gevat; |
Psalm 73:25 | Wien heb ik [nevens U] in den hemel? Nevens U lust mij ook niets op de aarde! |