H6069 עַנְתֹתִי
Antothite, Anathoth, Anethothite

Bijbelteksten

2 Samuel 23:27Abi-ezer, de Anetothiet; Mebunnai, de Husathiet;
1 Kronieken 11:28Ira, de zoon van Ikkes, de Thekoiet; Abiezer, de Anathothiet;
1 Kronieken 12:3Het hoofd was Ahiezer, en Joas, zonen van Semaa, den Gibeathiet; daarna Jeziel en Pelet, zonen van Azmaveth, en Beracha, en Jehu, de Anathothiet.
1 Kronieken 27:12De negende, in de negende maand, was Abiezer, de Anathothiet; van de Benjaminieten; in zijn verdeling waren er ook vier en twintig duizend.
Jeremia 29:27Nu dan, waarom hebt gij Jeremia, den Anathothiet, niet gescholden, die zich bij ulieden voor een profeet uitgeeft?

Mede mogelijk dankzij

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel