H6561 פָּרַק
rend in pieces, redeem, break, break off, , rent
Genesis 27:40 | En op uw zwaard zult gij leven, en zult uw broeder dienen; doch het zal geschieden, als gij heersen zult, dan zult gij zijn juk van uw hals afrukken. |
Exodus 32:2 | Aaron nu zeide tot hen: Rukt af de gouden oorsierselen, die in de oren uwer vrouwen, uwer zonen, en uwer dochteren zijn; en brengt ze tot mij. |
Exodus 32:3 | Toen rukte het ganse volk de gouden oorsierselen af, die in hun oren waren; en zij brachten ze tot Aaron. |
Exodus 32:24 | Toen zeide ik tot hen: Wie goud heeft, die rukke het af, en geve het mij; en ik wierp het in het vuur, en dit kalf is er uit gekomen. |
1 Koningen 19:11 | En Hij zeide: Ga uit, en sta op dezen berg, voor het aangezicht des HEEREN. En ziet, de HEERE ging voorbij, en een grote en sterke wind, scheurende de bergen, en brekende de steenrotsen, voor den HEERE henen; [doch] de HEERE was in den wind niet; en na dezen wind een aardbeving; de HEERE was [ook] in de aardbeving niet; |
Psalm 7:3 | Opdat hij mijn ziel niet rove als een leeuw, verscheurende, terwijl er geen verlosser is. |
Psalm 136:24 | En Hij heeft ons onzen tegenpartijders ontrukt; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. |
Klaagliederen 5:8 | Knechten heersen over ons; er is niemand, die [ons] uit hun hand rukke. |
Ezechiel 19:12 | Maar hij werd door grimmigheid uitgerukt, [en] ter aarde geworpen, en de oostenwind heeft zijn vrucht verdroogd; zijn sterke roeden zijn afgebroken en zijn verdroogd; het vuur heeft ze verteerd. |
Zacharia 11:16 | Want ziet, Ik zal een herder verwekken in dit land; dat gereed is om afgesneden te worden, zal hij niet bezoeken; het jonge zal hij niet zoeken, en het verbrokene zal hij niet helen, en het stilstaande zal hij niet dragen; maar het vlees van het vette zal hij eten, en derzelver klauwen zal hij verscheuren. |