H7563 רָשָׁע
goddeloze, boze man, de raaskaller

Bijbelteksten

Psalm 37:40En de HEERE zal hen helpen, en zal hen bevrijden; Hij zal ze bevrijden van de goddelozen, en zal ze behouden; want zij betrouwen op Hem.
Psalm 39:2Ik zeide: Ik zal mijn wegen bewaren, dat ik niet zondige met mijn tong; ik zal mijn mond met een breidel bewaren, terwijl de goddeloze nog tegenover mij is.
Psalm 50:16Maar tot den goddeloze zegt God: Wat hebt gij Mijn inzettingen te vertellen, en neemt Mijn verbond in uw mond?
Psalm 55:4Om den roep des vijands, vanwege de beangstiging des goddelozen; want zij schuiven ongerechtigheid op mij, en in toorn haten zij mij.
Psalm 58:4De goddelozen zijn vervreemd van de baarmoeder aan; de leugensprekers dolen van [moeders] buik aan.
Psalm 58:11De rechtvaardige zal zich verblijden, als hij de wraak aanschouwt; hij zal zijn voeten wassen in het bloed des goddelozen.
Psalm 68:3Gij zult hen verdrijven, gelijk rook verdreven wordt; gelijk was voor het vuur smelt, zullen de goddelozen vergaan van Gods aangezicht.
Psalm 71:4Mijn God, bevrijd mij van de hand des goddelozen, van de hand desgenen, die verkeerdelijk handelt, en des opgeblazenen.
Psalm 73:3Want ik was nijdig op de dwazen, ziende der goddelozen vrede.
Psalm 73:12Ziet, dezen zijn goddeloos; nochtans hebben zij rust in de wereld; zij vermenigvuldigen het vermogen.
Psalm 75:5Ik heb gezegd tot de onzinnigen: Weest niet onzinnig; en tot de goddelozen: Verhoogt den hoorn niet.
Psalm 75:9Want in des HEEREN hand is een beker, en de wijn is beroerd, vol van mengeling, en Hij schenkt daaruit; doch alle goddelozen der aarde zullen zijn droesemen uitzuigende drinken.
Psalm 75:11En ik zal alle hoornen der goddelozen afhouwen; de hoornen des rechtvaardigen zullen verhoogd worden.
Psalm 82:2Hoe lang zult gijlieden onrecht oordelen, en het aangezicht der goddelozen aannemen? Sela.
Psalm 82:4Verlost den arme en den behoeftige, rukt [hem] uit der goddelozen hand.
Psalm 91:8Alleenlijk zult gij het met uw ogen aanschouwen; en gij zult de vergelding der goddelozen zien.
Psalm 92:8Dat de goddelozen groeien als het kruid, en al de werkers der ongerechtigheid bloeien, opdat zij tot in der eeuwigheid verdelgd worden.
Psalm 94:3Hoe lang zullen de goddelozen, o HEERE! hoe lang zullen de goddelozen van vreugde opspringen?
Psalm 94:13Om hem rust te geven van de kwade dagen; totdat de kuil voor den goddeloze gegraven wordt.
Psalm 97:10Gij liefhebbers des HEEREN! haat het kwade; Hij bewaart de zielen Zijner gunstgenoten; Hij redt hen uit der goddelozen hand.

Mede mogelijk dankzij

KlussenKlussen