H7563 רָשָׁע
goddeloze, boze man, de raaskaller

Bijbelteksten

Spreuken 11:5De gerechtigheid des oprechten maakt zijn weg recht; maar de goddeloze valt door zijn goddeloosheid.
Spreuken 11:7Als de goddeloze mens sterft, vergaat zijn verwachting; zelfs is de allersterkste hoop vergaan.
Spreuken 11:8De rechtvaardige wordt uit benauwdheid bevrijd; en de goddeloze komt in zijn plaats.
Spreuken 11:10Een stad springt op van vreugde over het welvaren der rechtvaardigen; en als de goddelozen vergaan, is er gejuich.
Spreuken 11:11Door den zegen der oprechten wordt een stad verheven; maar door den mond der goddelozen wordt zij verbroken.
Spreuken 11:18De goddeloze doet een vals werk; maar [voor] degene, die gerechtigheid zaait, is trouwe loon.
Spreuken 11:23De begeerte der rechtvaardigen is alleenlijk het goede; maar de verwachting der goddelozen is verbolgenheid.
Spreuken 11:31Ziet, den rechtvaardige wordt vergolden op de aarde, hoeveel te meer den goddeloze en zondaar!
Spreuken 12:5Der rechtvaardigen gedachten zijn recht; der goddelozen raadslagen zijn bedrog.
Spreuken 12:6De woorden der goddelozen zijn om op bloed te loeren; maar de mond der oprechten zal ze redden.
Spreuken 12:7De goddelozen worden omgekeerd, dat zij niet [meer] zijn; maar het huis der rechtvaardigen zal bestaan.
Spreuken 12:10De rechtvaardige kent het leven van zijn beest; maar de barmhartigheden der goddelozen zijn wreed.
Spreuken 12:12De goddeloze begeert het net der bozen; maar de wortel der rechtvaardigen zal uitgeven.
Spreuken 12:21Den rechtvaardigen zal geen leed wedervaren; maar de goddelozen zullen met kwaad vervuld worden.
Spreuken 12:26De rechtvaardige is voortreffelijker dan zijn naaste; maar de weg der goddelozen doet hen dwalen.
Spreuken 13:5De rechtvaardige haat leugentaal; maar de goddeloze maakt zich stinkende, en doet zich schaamte aan.
Spreuken 13:9Het licht der rechtvaardigen zal zich verblijden; maar de lamp der goddelozen zal uitgeblust worden.
Spreuken 13:17Een goddeloze bode zal in het kwaad vallen; maar een trouw gezant is medicijn.
Spreuken 13:25De rechtvaardige eet tot verzadiging zijner ziel toe; maar de buik der goddelozen zal gebrek hebben.
Spreuken 14:11Het huis der goddelozen zal verdelgd worden; maar de tent der oprechten zal bloeien.

Mede mogelijk dankzij

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel