H7896 שִׁית
zetten

Bijbelteksten

Psalm 21:7Want Gij zet hem [tot] zegeningen in eeuwigheid; Gij vervrolijkt hem door vreugde met Uw aangezicht.
Psalm 21:10Gij zult hen zetten als een vurigen oven ter tijd uws [toornigen] aangezichts; de HEERE zal hen in Zijn toorn verslinden, en het vuur zal hen verteren.
Psalm 21:13Want Gij zult hen zetten tot een wit; met Uw pezen zult Gij het op hun aangezicht toeleggen.
Psalm 45:17In plaats van Uw vaderen zullen Uw zonen zijn; Gij zult hen tot vorsten zetten over de ganse aarde.
Psalm 48:14Zet uw hart op haar vesting; beschouwt onderscheidenlijk haar paleizen, opdat gij het aan het navolgende geslacht vertelt.
Psalm 62:11Vertrouwt niet op onderdrukking, noch op roverij; wordt niet ijdel, als het vermogen overvloedig aanwast, en zet er het hart niet op.
Psalm 73:18Immers zet Gij hen op gladde plaatsen; Gij doet hen vallen in verwoestingen.
Psalm 73:28Maar mij aangaande, het is mij goed nabij God te wezen; ik zet mijn betrouwen op den Heere HEERE, om al Uw werken te vertellen.
Psalm 83:12Maak hen [en] hun prinsen als Oreb en als Zeeb, en al hun vorsten als Zebah en als Zalmuna;
Psalm 83:14Mijn God! maak hen als een wervel, als stoppelen voor den wind.
Psalm 84:4Zelfs vindt de mus een huis, en de zwaluw een nest voor zich, waar zij haar jongen legt, bij Uw altaren, HEERE der heirscharen, mijn Koning, en mijn God!
Psalm 84:7Als zij door het dal der moerbezienbomen doorgaan, stellen zij Hem tot een fontein; ook zal de regen hen gans rijkelijk overdekken.
Psalm 88:7Gij hebt mij in den ondersten kuil gelegd, in duisternissen, in diepten.
Psalm 88:9Mijn bekenden hebt Gij verre van mij gedaan, Gij hebt mij hun tot een groten gruwel gesteld; ik ben besloten, en kan niet uitkomen.
Psalm 90:8Gij stelt onze ongerechtigheden voor U, onze heimelijke [zonden] in het licht Uws aanschijns.
Psalm 101:3Ik zal geen Belials-stuk voor mijn ogen stellen; ik haat het doen der afvalligen, het zal mij niet aankleven.
Psalm 104:20Gij beschikt de duisternis, en het wordt nacht, in denwelken al het gedierte des wouds uittreedt:
Psalm 110:1Een psalm van David. De HEERE heeft tot mijn Heere gesproken: Zit aan Mijn rechterhand, totdat Ik Uw vijanden gezet zal hebben tot een voetbank Uwer voeten.
Psalm 132:11De HEERE heeft David de waarheid gezworen, waarvan Hij niet wijken zal, [zeggende:] Van de vrucht uws buiks zal Ik op uw troon zetten.
Psalm 139:5Gij bezet mij van achteren en van voren, en Gij zet Uw hand op mij.

Mede mogelijk dankzij

Hadderech