Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Azor, m van Hebreeuwse oorsprong, cf. עזור H05809. Azor = "helper"
Een zoon van Eljakim, in de genealogie van Christus.
Voor meer informatie: G. Abbott-Smith's A Manual Greek Lexicon of the New Testament (New York: Scribner's, 1922)
Ἀζώρ, ὁ, indecl., Azor: Mt 1:13, 14.† Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!