Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Voor meer informatie: G. Abbott-Smith's A Manual Greek Lexicon of the New Testament (New York: Scribner's, 1922)
ἰός, -οῦ, ὁ, [in LXX: Ez 24:6, 11, 12 (חֶלְאָה H2457), Ps 139 (140):3 (חֵמָה H2534), al.;] 1. an arrow. 2. rust (Ez 24:6): Ja 5:3 (cf. MM, Exp., xv). 3. poison: fig., Ro 3:13 (Ps 139 (140):3), Ja 3:8.†Voor meer informatie: Henry George Liddell, Robert Scott, A Greek-English Lexicon (1940)
ἰός ῑ, ὁ,Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!