H2658_ חָפַר
speuren, uitspeuren, doorwoelen, graven, uitgraven, rondzien, delven, doorzoeken, verkennen
Taal: Hebreeuws

Statistieken

Komt 22x voor in 9 Bijbelboeken.

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.

Woordstudie



Brown-Driver-Briggs Abridged Hebrew Lexicon

חָפַר vb. dig, search for

Strong Concise Dictionary Of The Words In The Hebrew Bible

H2658 חָפַר châphar; a primitive root; properly, to pry into; by implication, to delve, to explore — dig, paw, search out, seek.

Synoniemen en afgeleide woorden

Hebreeuws גַּת־הַחֵפֶר H1662 "Gat-hachefer, Gath-hefer"; Hebreeuws חָפֵר H2659 "(zich) schaamte aandoen, schaamrood w/z, te schande worden, bedrogen, bedrogen zich - zien"; Hebreeuws חֵפֶר H2660 "Hefer , Chefer"; Hebreeuws חֲפֹר H2661 "ratten, mollen";

Literatuur


Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!


Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken