H2856_ חָתַם
verstoppen, verzegelen, verzegelaar, aftekenen, verzegelingen, afsluiten, inhouden, bezegelen, zijn
Taal: Hebreeuws

Statistieken

Komt 28x voor in 11 Bijbelboeken.

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.

Woordstudie



Brown-Driver-Briggs Abridged Hebrew Lexicon

חָתַם vb. seal, affix seal, seal up Qal 1 seal, affix one’s seal, in attestation 2 seal up, fasten up by sealing Niph. (it was) written and sealed Pi. lit. by day they seal up for themselves, i.e acc. to most, they shut themselves up Hiph. or hath his flesh (genital organ) shewn stoppage by reason of his flux.

Strong Concise Dictionary Of The Words In The Hebrew Bible

H2856 חָתַם châtham; a primitive root; to close up; especially to seal — make an end, mark, seal (up), stop.

Synoniemen en afgeleide woorden

Hebreeuws חוֹתָם H2368 "zegelgraveerwerk, zegelring, zegelgravering, zegelen (zn), zegel, signet"; Aramees חֲתַם H2857 "verzegelen"; Hebreeuws חֹתֶמֶת H2858 "zegelring";

Literatuur


Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!


Mede mogelijk dankzij

KlussenKlussen