Aantekeningen bij de Bijbel: Woordstudie H04601: מַעֲכָה

Concordantie

H4601_ מַעֲכָה

Maachathites, Maachah, Syriamaachah +, Maacah

Taal: Hebreeuws

Onderwerpen

Maacha (vr. v. Kaleb), Maacha (vr. v. Rehabeam),

Statistieken

Komt 23x voor in 6 Bijbelboeken.

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.

Woordstudie

Brown-Driver-Briggs Abridged Hebrew Lexicon

מַעֲכָה n.pr.m., f. et gent 1 n.pr.m a son of Nahor by his concubine b father of חָנָן, a hero of David c Simeonite name d father of Achish 2 n.pr.f a Geshurite princess, wife of David, mother of Absalom b daughter of Absalom, wife of Rehoboam, mother of Abijam c mother of Asa, and called also daughter of Absalom d concubinr of Caleb e wife of Machir f wife of (יעיאל), father of Gibeon 3 n.pr.gent. dwelling W. of Bashan

Strong Concise Dictionary Of The Words In The Hebrew Bible

^H4601 מַעֲכָה Maʻăkâh; or מַעֲכָת; (Joshua 13:13), from 4600; depression; Maakah (or Maakath), the name of a place in Syria, also of a Mesopotamian, of three Israelites, and of four Israelitesses and one Syrian woman — Maachah, Maachathites. See also 1038.

Synoniemen en afgeleide woorden

Hebreeuws אָבֵל בֵּית־מֲעַכָה ^H62 "Abel Beth-maacha, Abel-Beth-maacha, Abel-bet-maaka"; Hebreeuws בֵּית מַעֲכָה ^H1038 "Beth-maacha, Abel-bet-maaka"; Hebreeuws מָעַךְ ^H4600 "drukken, persen, knijpen"; Hebreeuws מַעֲכָתִי ^H4602 "Maachathi, Maachathite";

Literatuur

H.W.F. Gesenius, Hebrew-Chaldee Lexicon to the Old Testament, , [1979], ,

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!