Deuteronomium 32:14 | Boter van koeien, en melk van klein vee, met het vet der lammeren en der rammen, die in Bazan weiden, en der bokken, met het vette der nieren van tarwe; en het druivenbloed, reinen wijn, hebt gij gedronken. |
Psalm 22:13 | Vele varren hebben mij omsingeld, sterke [stieren] van Basan hebben mij omringd. |
Ezechiel 39:18 | Het vlees der helden zult gij eten, en het bloed van de vorsten der aarde drinken; der rammen, der lammeren, en bokken, [en] varren, die altemaal gemesten van Basan zijn. |
Amos 4:1 | Hoort dit woord, gij koeien van Basan! gij, die op den berg van Samaria zijt, die de armen verdrukt, die de nooddruftigen verplettert; gij, die tot hunlieder heren zegt: Brengt aan, opdat wij drinken. |
Micha 7:14 | Gij [dan], weid Uw volk met Uw staf, de kudde Uwer erfenis, die alleen woont, [in] het woud, in het midden van een vruchtbaar land; laat ze weiden [in] Basan en Gilead, als in de dagen van ouds. |