He (letter)

Bijbelteksten

Psalm 25:5[He. Vau.] Leid mij in Uw waarheid, en leer mij, want Gij zijt de God mijns heils; U verwacht ik den gansen dag.
Psalm 34:6[He. Vau.] Zij hebben op Hem gezien, ja, [Hem] als een waterstroom aangelopen; en hun aangezichten zijn niet schaamrood geworden.
Psalm 37:8[He.] Laat af van toorn, en verlaat de grimmigheid; ontsteek u niet, immers [niet], om kwaad te doen.
Psalm 111:3[He.] Zijn doen is majesteit en heerlijkheid; [Vau.] en Zijn gerechtigheid bestaat in der eeuwigheid.
Psalm 112:3[He.] In zijn huis zal have en rijkdom wezen; [Vau.] en zijn gerechtigheid bestaat in eeuwigheid.
Psalm 119:33He. HEERE! leer mij den weg Uwer inzettingen, en ik zal hem houden ten einde toe.
Psalm 145:5[He.] Ik zal uitspreken de heerlijkheid der eer Uwer majesteit, en Uw wonderlijke daden.
Spreuken 31:14[He.] Zij is als de schepen eens koopmans; zij doet haar brood van verre komen.
Klaagliederen 1:5[He.] Haar tegenpartijders zijn ten hoofd geworden, haar vijanden zijn gerust; omdat haar de HEERE bedroefd heeft, vanwege de veelheid harer overtredingen; haar kinderkens gaan henen [in] de gevangenis voor het aangezicht des tegenpartijders.
Klaagliederen 2:5[He.] De Heere is geworden als een vijand; Hij heeft Israel verslonden, Hij heeft al haar paleizen verslonden. Hij heeft deszelfs vastigheden verdorven; en Hij heeft bij de dochter van Juda het klagen en kermen vermenigvuldigd.
Klaagliederen 3:13[He.] Hij heeft Zijn pijlen in mijn nieren doen ingaan.
Klaagliederen 3:14[He.] Ik ben al mijn volk tot belaching geworden, hun snarenspel den gansen dag.
Klaagliederen 3:15[He.] Hij heeft mij met bitterheden verzadigd, Hij heeft mij met alsem dronken gemaakt.
Klaagliederen 4:5[He.] Die lekkernijen aten, versmachten [nu] op de straten; die in karmozijn opgetrokken zijn, omhelzen den drek.

TuinTuin