Jona 4:6 | En God, de HEERE, beschikte een wonderboom, en deed hem opschieten boven Jona, opdat er schaduw mocht zijn over zijn hoofd, om hem te redden van zijn verdriet. En Jona verblijdde zich over den wonderboom [met] grote blijdschap. |
Jona 4:7 | Maar God beschikte een worm des anderen daags in het opgaan van den dageraad; die stak den wonderboom, dat hij verdorde. |
Jona 4:9 | Toen zeide God tot Jona: Is uw [toorn] billijk ontstoken over den wonderboom? En hij zeide: Billijk is mijn [toorn] ontstoken ter dood toe. |
Jona 4:10 | En de HEERE zeide: Gij verschoont den wonderboom, aan welken gij niet hebt gearbeid, noch dien groot gemaakt; die in een nacht werd, en in een nacht verging; |