Gastvrijheid

Bijbelteksten

Job 31:32De vreemdeling overnachtte niet op de straat; mijn deuren opende ik naar den weg;
Psalm 23:5Gij richt de tafel toe voor mijn aangezicht, tegenover mijn tegenpartijders; Gij maakt mijn hoofd vet met olie, mijn beker is overvloeiende.
Romeinen 12:13Deelt mede tot de behoeften der heiligen. Tracht naar herbergzaamheid.
Romeinen 16:2Opdat gij haar ontvangt in den Heere, gelijk het den heiligen betaamt, en haar bijstaat, in wat zaak zij u zou mogen van doen hebben; want zij is een voorstandster geweest van velen, ook van mijzelven.
1 Timotheus 3:2Een opziener dan moet onberispelijk zijn, ener vrouwe man, wakker, matig, eerbaar, gaarne herbergende, bekwaam om te leren;
Hebreeen 13:2Vergeet de herbergzaamheid niet; want hierdoor hebben sommigen onwetend engelen geherbergd.

TuinTuin