Profetie (NT)

Bijbelteksten

Lukas 1:67En Zacharias, zijn vader, werd vervuld met den Heiligen Geest, en profeteerde, zeggende:
Handelingen 11:28En een uit hen, met name Agabus, stond op, en gaf te kennen door den Geest, dat er een grote hongersnood zou wezen over de gehele wereld; dewelke ook gekomen is onder den keizer Claudius.
Handelingen 19:6En als Paulus hun de handen opgelegd had, kwam de Heilige Geest op hen; en zij spraken met [vreemde] talen, en profeteerden.
1 Corinthiers 11:5Maar een iegelijke vrouw, die bidt of profeteert met ongedekten hoofde, onteert haar eigen hoofd; want het is een en hetzelfde, alsof [haar] het haar afgesneden ware.
1 Corinthiers 14:1Jaagt de liefde na, en ijvert om de geestelijke [gaven], maar meest, dat gij moogt profeteren.
1 Corinthiers 14:3Maar die profeteert, spreekt den mensen stichting, en vermaning en vertroosting.
1 Corinthiers 14:22Zo dan, de [vreemde] talen zijn tot een teken niet dengenen, die geloven, maar den ongelovigen; en de profetie niet den ongelovigen, maar dengenen, die geloven.
1 Thessalonicensen 5:20Veracht de profetieen niet.

Livius Onderwijs