Lastering

Bijbelteksten

Jesaja 52:5En nu, wat heb Ik hier te [doen]? spreekt de HEERE, dewijl Mijn volk om niet weggenomen is, [en] degenen die over hetzelve heersen, [het] doen huilen, spreekt de HEERE, en Mijn Naam geduriglijk den gansen dag gelasterd wordt;
Jesaja 60:14Ook zullen, zich buigende, tot u komen de kinderen dergenen, die u onderdrukt hebben, en allen, die u gelasterd hebben zullen zich nederbuigen aan de planten uwer voeten; en zij zullen u noemen de stad des HEEREN, het Sion van den Heilige Israels.
Jeremia 23:17Zij zeggen steeds tot degenen, die Mij lasteren: De HEERE heeft het gesproken, gijlieden zult vrede hebben; en [tot] al wie naar zijns harten goeddunken wandelt, zeggen zij: Ulieden zal geen kwaad overkomen.
Ezechiel 35:12En gij zult weten, dat Ik, de HEERE, al uw lasteringen gehoord heb, die gij tegen de bergen Israëls gesproken hebt, zeggende: Zij zijn verwoest, zij zijn ons ter spijze gegeven.
Daniel 3:29Daarom wordt van mij een bevel gegeven, dat alle volk, natie en tong, die lastering spreekt tegen den God van Sadrach, Mesach en Abed-nego, in stukken gehouwen worde, en zijn huis tot een drekhoop gesteld worde; want er is geen ander God, Die alzo verlossen kan.
Mattheus 9:3En ziet, sommigen der Schriftgeleerden zeiden in zichzelven: Deze lastert [God].
Mattheus 12:31Daarom zeg Ik u: Alle zonde en lastering zal den mensen vergeven worden; maar de lastering tegen den Geest zal den mensen niet vergeven worden.
Mattheus 15:19Want uit het hart komen voort boze bedenkingen, doodslagen, overspelen, hoererijen, dieverijen, valse getuigenissen, lasteringen.
Mattheus 26:65Toen verscheurde de hogepriester zijn klederen, zeggende: Hij heeft [God] gelasterd, wat hebben wij nog getuigen van node? Ziet, nu hebt gij Zijn [gods]lastering gehoord.
Mattheus 27:39En die voorbijgingen, lasterden Hem, schuddende hun hoofden,
Markus 2:7Wat spreekt Deze aldus [gods]lasteringen? Wie kan de zonden vergeven, dan alleen God?
Markus 3:28Voorwaar, Ik zeg u, dat al de zonden den kinderen der mensen zullen vergeven worden, en allerlei lasteringen, waarmede zij zullen gelasterd hebben;
Markus 3:29Maar zo wie zal gelasterd hebben tegen den Heiligen Geest, die heeft geen vergeving in der eeuwigheid, maar hij is schuldig des eeuwigen oordeels.
Markus 7:22Dieverijen, gierigheden, boosheden, bedrog, ontuchtigheid, een boos oog, lastering, hovaardij, onverstand.
Markus 14:64Gij hebt de [gods]lastering gehoord; wat dunkt ulieden? En zij allen veroordeelden Hem, des doods schuldig te zijn.
Markus 15:29En die voorbijgingen, lasterden Hem, schuddende hun hoofden, en zeggende: Ha! Gij, die den tempel afbreekt, en in drie dagen opbouwt,
Lukas 5:21En de Schriftgeleerden en de Farizeen begonnen te overdenken, zeggende: Wie is Deze, Die [gods]lastering spreekt? Wie kan de zonden vergeven, dan God alleen?
Lukas 12:10En een iegelijk, die [enig] woord spreken zal tegen den Zoon des mensen, het zal hem vergeven worden; maar wie tegen den Heiligen Geest gelasterd zal hebben, dien zal het niet vergeven worden.
Lukas 22:65En vele andere dingen zeiden zij tegen Hem, lasterende.
Lukas 23:39En een der kwaaddoeners, die gehangen waren, lasterde Hem, zeggende: Indien Gij de Christus zijt, verlos Uzelven en ons.

Doneer Aantekeningen bij de Bijbel