Leviraatshuwelijk

Zie ook: Losser,

Het leviraatshuwelijk (Hebreeuws ייבום), ook wel zwagerhuwelijk genoemd, is het huwen met de vrouw van je overleden broer om zo te zorgen dat het familiebezit en zijn nageslacht wordt veiliggesteld.

Inhoud

Bijbel

Overeenkomstig de voorschriften van Deuteronomium 25:5-7 heeft een man, waarvan de broer overleden is met achterlating van een kinderloze weduwe, de plicht deze vrouw als echtgenote te aanvaarden. Dit zogenaamde zwager- of leviraatshuwelijk dient in de eerste plaats om de zorg voor het levensonderhoud van de vrouw te waarborgen en het familiebezit veilig te kunnen stellen. Daarnaast spelen zorg voor nakomelingschap binnen het leviraatshuwelijk en daarmee het voortzetten van de familietak een belangrijke rol. In Lukas 20:28ev. wordt dit leviraatshuwelijk genoemd in het hypothetische geval dat alle broers sterven zonder te zorgen voor het nageslacht.

Mochten er onoverkomelijke bezwaren zijn om een dergelijke verbintenis aan te gaan, dan kan men via een bepaalde 'losmakingsprocedure' van deze verplichting ontslagen worden, zoals vermeld in Deuteronomium 25:7-10. Bij deze z.g. chalitsaceremonie trekt de weduwe haar zwager ten overstaan van een aantal getuigen de schoen uit, waarmee ze hem ontslaat van de verplichting een huwelijk met haar aan te gaan. Daarna spuwt zij voor hem in het aangezicht (Deut. 25:9), als symbool van haar minachting voor zijn handelswijze. Bij deze ceremonie wordt gebruik gemaakt van een chalitsaschoen. We zien dit in de geschiedenis van Ruth, waar tot in detail het wordt behandeld (Ruth 4:5ev.).

Een ander voorbeeld, waaruit blijkt dat het al voor de Mozaïsche wetgeving bestond, zien we bij Thamar als haar man Er sterft met Onan moet trouwen (Gen. 38:8ev.).


Aangemaakt 23 juli 2006, laatst gewijzigd 13 april 2020


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!