Bakker
אָפָה H644 "wat een bakker bereidt, bakkerswerk, bakken, bakster, bakster (, bakker",

1) Iemand die als beroep brood, koek en dergelijke bakt en verkoopt, een ambachtelijke bakker genaamd. 2) Broodslijter of venter, die niet zelf bakt, een koude bakker genaamd.

Inhoud


Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!