Tronen (engelen)
θρόνος G2362 "troonzetel, praalzetel, troon", אוֹפָן H212 "wiel, rad, raderen, wielen, wagenrad, in juiste vorm", גַּלְגַּל H1535 "raderen",

Zie ook: Engelen,

Troon (Hebreeuws אוֹפָן H212 en גַּלְגַּל H1535, Grieks θρόνος G2362), mv. Tronen, een soort engelen die in de hemel zijn, ook wel "ofanim" of "galgallin" genoemd.

Inhoud

Bijbel

Op basis van Colossenzen 1:16 wil men de Tronen als een apart soort engelen zien die rondom de troon van God zijn, of daar een onderdeel van uitmaken. Men identificeert ze dan met de wielen (Hebreeuws mv. אוֹפַנִּים H212) van de troon die in Ezechiel 1:13-19 wordt beschreven en mogelijk dezelfde zijn als de wielen, sferen (Hebreeuws mv. גַּלְגַּלִּים H1535) in Daniel 7:9.


Jodendom

In een van de Dode Zee-rollen (4Q405) worden ze als engelen beschreven, terwijl in de latere gedeelten van het Boek van Henoch (Henoch 61:10, 71:7) ze worden beschreven als hemelse wezens die (samen met de Cherubim en Serafim) nooit slapen en de troon van God bewaken. Terwijl ze in het tweede boek van Henoch (Henoch 20:1, 21:1) de "veelogigen" worden genoemd.

In gebed

In de kedushah sectie van het ochtend gebed komt de volgende frase voor: וְהָאוֹפַנִּים וְחַיּות הַקֹדֶשׁ בְּרַעַשׁ גָּדוֹל מִתְנַשְּׂאִים לְעֻמַּת הַשְׂרָפִים, לְעֻמַּתָם מְשַׁבְּחִים וְאוֹמְרִים: בָּרוּךְ כְּבוֹד יְהֹוָה מִמְּקומו: "Daarna laten zij — de Ofaniem en de Chajjot een geluid horen als van een zware storm, machtig en sterk terwijl ze zich samen met de Serafiem verheffen en gezamenlijk zeggen 'Geprezen'" (I. Dasberg, p. 243-244).

Christendom

Pseudo-Dionysius (5de-6de eeuw n.C.) plaatst ze in de drie na hoogste hiërarchie van de engelen (De Coelesti Hierarchia  6.7), evenals Thomas Aquinas (Summa Theologica, I.108).


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!