Vinger (lichaamsdeel)
δάκτυλος G1147 "vinger", אֶצְבַּע H676 "tenen, vinger, rechtervinger, zijn vingeren waren zes, tenen", אֶצְבַּע H677 "tenen, vinger",

Zie ook: Beeldbank, Hand (lichaamsdeel), Lichaam (mens), Vingers (zes),

Vinger (Hebreeuws אֶצְבַּע H676; Aramees אֶצְבַּע H677; Grieks δάκτυλος G1147), een van de uitstekende ledematen aan de hand. De daarmee corresponderende ledematen aan de voet worden tenen genoemd.

De namen van de individuele vingers zijn: duim, wijsvinger, middelvinger, ringvinger en pink.

Inhoud

Bijbel

De tien geboden werden met Gods vinger beschreven op de stenen tafelen (Ex. 31:18; Deut. 9:10).

Bij de strijd te Gath was er iemand die zes vingers en tenen aan zijn handen en voeten had (2 Sam. 21:20; 1 Kron. 20:6).


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!