De Drie pelgrimsfeesten of Shalosh Regalim (Hebreeuws שָׁלשׁ רְגָלִים H7969 H7272) zijn de Joodse feesten waarbij de gelovige afreist naar Jeruzalem om die daar te vieren. Het betreft Pesach (Pascha), Shavoe’ot (Wekenfeest) en Sukkoth (Loofhuttenfeest).
In de Bijbel zijn Pesach (Pascha), Shavoe’ot (Wekenfeest) en Sukkoth (Loofhuttenfeest) de drie pelgrimsfeesten. Het gebod dat de gelovige voor deze pelgrimsfeesten moet afreizen naar Jeruzalem vinden we in de Mozaïsche wetgeving (Ex. 23:14-17; Ex. 34:18-23; Deut. 16:1, 9-10, 13, 16-17).
Overige verwijzingen naar deze pelgrimsfeesten vinden we in 2 Kronieken 8:13 "op de gezette hoogtijden, drie malen in het jaar; op het feest van de ongezuurde [broden], en op het feest der weken, en op het feest der loofhutten" en de indirecte verwijzing dat het in Jeruzalem wordt gehouden in Jesaja 33:20 "Schouwt Sion aan, de stad onzer bijeenkomsten; uw ogen zullen Jeruzalem zien".
In het Nieuwe Testament lezen we dat Jozef en Maria samen met Jezus "naar Jeruzalem opgegaan waren, naar de gewoonte van de feestdag" (Luk. 2:42) en een verwijzing dat ook zij deze pelgrimsfeesten in ere hielden.
Tijdens de pelgrimage was het de gewoonte om de Hammaaloth, de zogeheten pelgrimsliederen, te zingen. In de Bijbel komen de volgende voor: Psalm 120; 121; 122; 123; 124; 125; 126; 127; 128; 129; 130; 131; 132; 133; 134.
De Hebreeuwse term שָׁלשׁ רְגָלִים H7969 H7272 Shalosh Regalim is overgenomen van Exodus 23:14 waar staat "Drie pelgrimsfeesten zul je per jaar maken" (E. Klein, p. 606).
Hierbij komt het enigszins vreemd over dat רֶגֶל H7272 "voet" is gebruikt voor "tijd", echter dit heeft te maken met de culturele percepties van Bijbelse tijden, vóór de ontwikkelingen van verschillende instrumenten die de tijd maten. Met andere woorden, zij gebruikten de tijd om EEN stap te zetten om het concept van EEN moment te beschrijven! (HebrewVersity, The Hebrew etymology of the biblical pilgrimage festivals; cf. E. Klein, p. 606).
De standaardterm voor pelgrimage in het Hebreeuws is עֲלִיָּה לְרֶגֶל Alijah La-Regel (J. Pimentel, p. 399; Wikipedia, עלייה לרגל; HebrewVersity, The Hebrew etymology of the biblical pilgrimage festivals).
Na de verwoesting van de tempel (70. n.C.) is het voor de Joden niet meer mogelijk om deze reizen te maken. Ter vervanging worden tijdens synagogediensten de betreffende passages, die de feestdag beschrijven, voorgelezen uit een Thora-rol op de bimah (platform) die gebruikt wordt in het midden van de synagoge.
Terwijl anderzijds tijdens deze Joodse feestdagen in het hedendaagse Israël veel Joden die in of nabij Jeruzalem wonen, maar steeds vaker ook uit andere landen, zich inspannen om de gebedsdiensten bij de Westelijke Muur bij te wonen, waarbij de oude pelgrimstochten in zekere zin worden nagebootst.
De Samaritanen gaan tot op heden driemaal per jaar naar de berg Gerizim om deze feesten te vieren.
Sommige christelijke groeperingen, zoals de Messiaanse beweging, beschouwen enkele van deze feesten (Pesach en Shavoe’ot) samen met het Eerstelingenfeest en Ongezuurde broden (beiden bij de Joden geïncorporeerd in het Pesach) als de voorjaarsfeesten. Zij beschouwen deze niet als Joodse feesten maar als feesttijden des Heren welke – volgens hen – schaduwpatronen waren die uiteindelijk hun werkelijkheid vonden in Christus (Zoeklicht, Wat weerspiegelen de Bijbelse feesten voor christenen?).
Hier valt tegenin te brengen dat in de evangeliën ze een "feest der Joden" worden genoemd (Joh. 2:13; 5:1; 6:4; 7:2) en dat deze specifiek voor de Israëlieten zijn ingesteld (Lev. 23:2, 24, 34) en de reden waarom (de meeste) christenen deze feesten niet vieren (zie het artikel Feesten en rouwdagen bij "Moeten christenen Oudtestamentische feesten vieren?" voor verdere behandeling hierover).
Aangemaakt op 3 mei 2023