2 Koningen 6:28

SVVerder zeide de koning tot haar: Wat is u? En zij zeide: Deze vrouw heeft tot mij gezegd: Geef uw zoon, dat wij hem heden eten, en morgen zullen wij mijn zoon eten.
WLCוַיֹּֽאמֶר־לָ֥הּ הַמֶּ֖לֶךְ מַה־לָּ֑ךְ וַתֹּ֗אמֶר הָאִשָּׁ֨ה הַזֹּ֜את אָמְרָ֣ה אֵלַ֗י תְּנִ֤י אֶת־בְּנֵךְ֙ וְנֹאכְלֶ֣נּוּ הַיֹּ֔ום וְאֶת־בְּנִ֖י נֹאכַ֥ל מָחָֽר׃
Trans.wayyō’mer-lāh hammeleḵə mah-llāḵə watō’mer hā’iššâ hazzō’ṯ ’āmərâ ’ēlay tənî ’eṯ-bənēḵə wənō’ḵəlennû hayywōm wə’eṯ-bənî nō’ḵal māḥār:

Algemeen

Zie ook: Kannibalisme

Aantekeningen

Verder zeide de koning tot haar: Wat is u? En zij zeide: Deze vrouw heeft tot mij gezegd: Geef uw zoon, dat wij hem heden eten, en morgen zullen wij mijn zoon eten.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יֹּֽאמֶר־

Verder zeide

לָ֥הּ

-

הַ

-

מֶּ֖לֶךְ

de koning

מַה־

tot haar: Wat

לָּ֑ךְ

-

וַ

-

תֹּ֗אמֶר

is u? En zij zeide

הָ

-

אִשָּׁ֨ה

vrouw

הַ

-

זֹּ֜את

Deze

אָמְרָ֣ה

mij gezegd

אֵלַ֗י

heeft tot

תְּנִ֤י

Geef

אֶת־

-

בְּנֵךְ֙

uw zoon

וְ

-

נֹאכְלֶ֣נּוּ

eten

הַ

-

יּ֔וֹם

dat wij hem heden

וְ

-

אֶת־

-

בְּנִ֖י

zullen wij mijn zoon

נֹאכַ֥ל

eten

מָחָֽר

en morgen


Verder zeide de koning tot haar: Wat is u? En zij zeide: Deze vrouw heeft tot mij gezegd: Geef uw zoon, dat wij hem heden eten, en morgen zullen wij mijn zoon eten.


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!