SV | En Ik zal haar beesten verdoen van bij de grote wateren; en geen mensenvoet zal ze meer beroeren, en geen beestenklauwen zullen ze beroeren. |
WLC | וְהַֽאֲבַדְתִּי֙ אֶת־כָּל־בְּהֶמְתָּ֔הּ מֵעַ֖ל מַ֣יִם רַבִּ֑ים וְלֹ֨א תִדְלָחֵ֤ם רֶֽגֶל־אָדָם֙ עֹ֔וד וּפַרְסֹ֥ות בְּהֵמָ֖ה לֹ֥א תִדְלָחֵֽם׃ |
Trans. | wəha’ăḇaḏətî ’eṯ-kāl-bəhemətāh mē‘al mayim rabîm wəlō’ ṯiḏəlāḥēm reḡel-’āḏām ‘wōḏ ûfarəswōṯ bəhēmâ lō’ ṯiḏəlāḥēm: |
En Ik zal haar beesten verdoen van bij de grote wateren; en geen mensenvoet zal ze meer beroeren, en geen beestenklauwen zullen ze beroeren.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En Ik zal haar beesten verdoen van bij de grote wateren; en geen mensenvoet zal ze meer beroeren, en geen beestenklauwen zullen ze beroeren.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!