SV | Daarom zal Ik Mijn hand over hen uitstrekken, en zal het land woest maken, ja, woester dan de woestijn naar Diblath henen, in al hun woningen; en zij zullen bevinden, dat Ik de HEERE ben. |
WLC | וְנָטִ֤יתִי אֶת־יָדִי֙ עֲלֵיהֶ֔ם וְנָתַתִּ֨י אֶת־הָאָ֜רֶץ שְׁמָמָ֤ה וּמְשַׁמָּה֙ מִמִּדְבַּ֣ר דִּבְלָ֔תָה בְּכֹ֖ל מֹושְׁבֹֽותֵיהֶ֑ם וְיָדְע֖וּ כִּֽי־אֲנִ֥י יְהוָֽה׃ פ |
Trans. | wənāṭîṯî ’eṯ-yāḏî ‘ălêhem wənāṯatî ’eṯ-hā’āreṣ šəmāmâ ûməšammâ mimmiḏəbar diḇəlāṯâ bəḵōl mwōšəḇwōṯêhem wəyāḏə‘û kî-’ănî JHWH: |
Daarom zal Ik Mijn hand over hen uitstrekken, en zal het land woest maken, ja, woester dan de woestijn naar Diblath henen, in al hun woningen; en zij zullen bevinden, dat Ik de HEERE ben.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Daarom zal Ik Mijn hand over hen uitstrekken, en zal het land woest maken, ja, woester dan de woestijn naar Diblath henen, in al hun woningen; en zij zullen bevinden, dat Ik de HEERE ben.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!