SV | Want wij zijn knechten; doch in onze dienstbaarheid heeft ons onze God niet verlaten; maar Hij heeft weldadigheid tot ons geneigd voor het aangezicht der koningen van Perzie, dat Hij ons [een weinig] levens gave, om het huis onzes Gods te verhogen, en de woestigheden van hetzelve op te richten, en om ons een tuin te geven in Juda en te Jeruzalem. |
WLC | כִּֽי־עֲבָדִ֣ים אֲנַ֔חְנוּ וּבְעַבְדֻתֵ֔נוּ לֹ֥א עֲזָבָ֖נוּ אֱלֹהֵ֑ינוּ וַֽיַּט־עָלֵ֣ינוּ חֶ֡סֶד לִפְנֵי֩ מַלְכֵ֨י פָרַ֜ס לָֽתֶת־לָ֣נוּ מִֽחְיָ֗ה לְרֹומֵ֞ם אֶת־בֵּ֤ית אֱלֹהֵ֙ינוּ֙ וּלְהַעֲמִ֣יד אֶת־חָרְבֹתָ֔יו וְלָֽתֶת־לָ֣נוּ גָדֵ֔ר בִּֽיהוּדָ֖ה וּבִירוּשָׁלִָֽם׃ ס |
Trans. | kî-‘ăḇāḏîm ’ănaḥənû ûḇə‘aḇəḏuṯēnû lō’ ‘ăzāḇānû ’ĕlōhênû wayyaṭ-‘ālênû ḥeseḏ lifənê maləḵê fāras lāṯeṯ-lānû miḥəyâ lərwōmēm ’eṯ-bêṯ ’ĕlōhênû ûləha‘ămîḏ ’eṯ-ḥārəḇōṯāyw wəlāṯeṯ-lānû ḡāḏēr bîhûḏâ ûḇîrûšālāim: |
Want wij zijn knechten; doch in onze dienstbaarheid heeft ons onze God niet verlaten; maar Hij heeft weldadigheid tot ons geneigd voor het aangezicht der koningen van Perzie, dat Hij ons [een weinig] levens gave, om het huis onzes Gods te verhogen, en de woestigheden van hetzelve op te richten, en om ons een tuin te geven in Juda en te Jeruzalem.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Want wij zijn knechten; doch in onze dienstbaarheid heeft ons onze God niet verlaten; maar Hij heeft weldadigheid tot ons geneigd voor het aangezicht der koningen van Perzië, dat Hij ons [een weinig] levens gave, om het huis onzes Gods te verhogen, en de woestigheden van hetzelve op te richten, en om ons een tuin te geven in Juda en te Jeruzalem.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!