SV | Toen een zijn zak opendeed, om zijn ezel voeder te geven in de herberg, zo zag hij zijn geld; want ziet, het was in den mond van zijn zak. |
WLC | וַיִּפְתַּ֨ח הָאֶחָ֜ד אֶת־שַׂקֹּ֗ו לָתֵ֥ת מִסְפֹּ֛וא לַחֲמֹרֹ֖ו בַּמָּלֹ֑ון וַיַּרְא֙ אֶת־כַּסְפֹּ֔ו וְהִנֵּה־ה֖וּא בְּפִ֥י אַמְתַּחְתֹּֽו׃ |
Trans. | wayyifətaḥ hā’eḥāḏ ’eṯ-śaqqwō lāṯēṯ misəpwō’ laḥămōrwō bammālwōn wayyarə’ ’eṯ-kasəpwō wəhinnēh-hû’ bəfî ’amətaḥətwō: |
Toen een zijn zak opendeed, om zijn ezel voeder te geven in de herberg, zo zag hij zijn geld; want ziet, het was in den mond van zijn zak.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Toen een zijn zak opendeed, om zijn ezel voeder te geven in de herberg, zo zag hij zijn geld; want ziet, het was in den mond van zijn zak.
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!