Leviticus 25:43

SVGij zult geen heerschappij over hem hebben met wreedheid; maar gij zult vrezen voor uw God.
WLCלֹא־תִרְדֶּ֥ה בֹ֖ו בְּפָ֑רֶךְ וְיָרֵ֖אתָ מֵאֱלֹהֶֽיךָ׃
Trans.lō’-ṯirədeh ḇwō bəfāreḵə wəyārē’ṯā mē’ĕlōheyḵā:

Algemeen

Zie ook: Efeziers 6:9, Colossenzen 4:1

Aantekeningen

Gij zult geen heerschappij over hem hebben met wreedheid; maar gij zult vrezen voor uw God.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

לֹא־

-

תִרְדֶּ֥ה

Gij zult geen heerschappij over hem hebben

ב֖

-

וֹ

-

בְּ

-

פָ֑רֶךְ

met wreedheid

וְ

-

יָרֵ֖אתָ

maar gij zult vrezen

מֵ

-

אֱלֹהֶֽיךָ

voor uw God


Gij zult geen heerschappij over hem hebben met wreedheid; maar gij zult vrezen voor uw God.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!