AB | Een zoon zal zijn vader eren en een knecht zijn heer; ben Ik dan [g]een Vader, waar is dan Mijn eer? En ben Ik een Heer, waar is het ontzag voor Mij? zegt de HEER van de legioenen tot jullie, de priesters, minachters van Mijn Naam! Maar jullie zeggen: Hoezo minachten wij je Naam? |
SV | Een zoon zal den vader eren, en een knecht zijn heer; ben Ik dan een Vader, waar is Mijn eer? En ben Ik een Heere, waar is Mijn vreze? zegt de HEERE der heirscharen tot u, o priesters, verachters Mijns Naams! Maar gij zegt: Waarmede verachten wij Uw Naam? |
WLC | בֵּ֛ן יְכַבֵּ֥ד אָ֖ב וְעֶ֣בֶד אֲדֹנָ֑יו וְאִם־אָ֣ב אָ֣נִי אַיֵּ֣ה כְבֹודִ֡י וְאִם־אֲדֹונִ֣ים אָנִי֩ אַיֵּ֨ה מֹורָאִ֜י אָמַ֣ר ׀ יְהוָ֣ה צְבָאֹ֗ות לָכֶם֙ הַכֹּֽהֲנִים֙ בֹּוזֵ֣י שְׁמִ֔י וַאֲמַרְתֶּ֕ם בַּמֶּ֥ה בָזִ֖ינוּ אֶת־שְׁמֶֽךָ׃ |
Trans. | bēn yəḵabēḏ ’āḇ wə‘eḇeḏ ’ăḏōnāyw wə’im-’āḇ ’ānî ’ayyēh ḵəḇwōḏî wə’im-’ăḏwōnîm ’ānî ’ayyēh mwōrā’î ’āmar JHWH ṣəḇā’wōṯ lāḵem hakōhănîm bwōzê šəmî wa’ămarətem bammeh ḇāzînû ’eṯ-šəmeḵā: |
Een zoon zal den vader eren, en een knecht zijn heer; ben Ik dan een Vader, waar is Mijn eer? En ben Ik een Heere, waar is Mijn vreze? zegt de HEERE der heirscharen tot u, o priesters, verachters Mijns Naams! Maar gij zegt: Waarmede verachten wij Uw Naam?
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Een zoon zal den vader eren, en een knecht zijn heer; ben Ik dan een Vader, waar is Mijn eer? En ben Ik een Heere, waar is Mijn vreze? zegt de HEERE der heirscharen tot u, o priesters, verachters Mijns Naams! Maar gij zegt: Waarmede verachten wij Uw Naam?
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!