Nehemia 2:20

SVToen gaf ik hun tot antwoord, en zeide tot hen: God van den hemel, Die zal het ons doen gelukken, en wij, Zijn knechten, zullen ons opmaken en bouwen; maar gijlieden hebt geen deel, noch gerechtigheid, noch gedachtenis in Jeruzalem.
WLCוָאָשִׁ֨יב אֹותָ֜ם דָּבָ֗ר וָאֹומַ֤ר לָהֶם֙ אֱלֹהֵ֣י הַשָּׁמַ֔יִם ה֚וּא יַצְלִ֣יחַֽ לָ֔נוּ וַאֲנַ֥חְנוּ עֲבָדָ֖יו נָק֣וּם וּבָנִ֑ינוּ וְלָכֶ֗ם אֵֽין־חֵ֧לֶק וּצְדָקָ֛ה וְזִכָּרֹ֖ון בִּירוּשָׁלִָֽם׃
Trans.wā’āšîḇ ’wōṯām dāḇār wā’wōmar lâem ’ĕlōhê haššāmayim hû’ yaṣəlîḥa lānû wa’ănaḥənû ‘ăḇāḏāyw nāqûm ûḇānînû wəlāḵem ’ên-ḥēleq ûṣəḏāqâ wəzikārwōn bîrûšālāim:

Algemeen

Zie ook: Jeruzalem

Aantekeningen

Toen gaf ik hun tot antwoord, en zeide tot hen: God van den hemel, Die zal het ons doen gelukken, en wij, Zijn knechten, zullen ons opmaken en bouwen; maar gijlieden hebt geen deel, noch gerechtigheid, noch gedachtenis in Jeruzalem.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וָ

-

אָשִׁ֨יב

Toen gaf ik

אוֹתָ֜ם

hun

דָּבָ֗ר

tot antwoord

וָ

-

אוֹמַ֤ר

en zeide

לָ

-

הֶם֙

-

אֱלֹהֵ֣י

God

הַ

-

שָּׁמַ֔יִם

van den hemel

ה֚וּא

Die

יַצְלִ֣יחַֽ

zal het ons doen gelukken

לָ֔

-

נוּ

-

וַ

-

אֲנַ֥חְנוּ

en wij

עֲבָדָ֖יו

Zijn knechten

נָק֣וּם

zullen ons opmaken

וּ

-

בָנִ֑ינוּ

en bouwen

וְ

-

לָ

-

כֶ֗ם

-

אֵֽין־

maar gijlieden hebt geen

חֵ֧לֶק

deel

וּ

-

צְדָקָ֛ה

noch gerechtigheid

וְ

-

זִכָּר֖וֹן

noch gedachtenis

בִּ

-

ירוּשָׁלִָֽם

in Jeruzalem


Toen gaf ik hun tot antwoord, en zeide tot hen: God van den hemel, Die zal het ons doen gelukken, en wij, Zijn knechten, zullen ons opmaken en bouwen; maar gijlieden hebt geen deel, noch gerechtigheid, noch gedachtenis in Jeruzalem.


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!