Richteren 4:18

SVJael nu ging uit, Sisera tegemoet, en zeide tot hem: Wijk in, mijn heer, wijk in tot mij, vrees niet! En hij week tot haar in de tent, en zij bedekte hem met een deken.
WLCוַתֵּצֵ֣א יָעֵל֮ לִקְרַ֣את סִֽיסְרָא֒ וַתֹּ֣אמֶר אֵלָ֗יו סוּרָ֧ה אֲדֹנִ֛י סוּרָ֥ה אֵלַ֖י אַל־תִּירָ֑א וַיָּ֤סַר אֵלֶ֙יהָ֙ הָאֹ֔הֱלָה וַתְּכַסֵּ֖הוּ בַּשְּׂמִיכָֽה׃
Trans.watēṣē’ yā‘ēl liqəra’ṯ sîsərā’ watō’mer ’ēlāyw sûrâ ’ăḏōnî sûrâ ’ēlay ’al-tîrā’ wayyāsar ’ēleyhā hā’ōhĕlâ watəḵassēhû baśśəmîḵâ:

Algemeen

Zie ook: Jael, Sisera (officier), Tent

Aantekeningen

Jael nu ging uit, Sisera tegemoet, en zeide tot hem: Wijk in, mijn heer, wijk in tot mij, vrees niet! En hij week tot haar in de tent, en zij bedekte hem met een deken.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

תֵּצֵ֣א

nu ging uit

יָעֵל֮

Jaël

לִ

-

קְרַ֣את

tegemoet

סִֽיסְרָא֒

Sisera

וַ

-

תֹּ֣אמֶר

en zeide

אֵלָ֗יו

tot

סוּרָ֧ה

hem: Wijk in

אֲדֹנִ֛י

mijn heer

סוּרָ֥ה

wijk in

אֵלַ֖י

tot

אַל־

niet

תִּירָ֑א

mij, vrees

וַ

-

יָּ֤סַר

En hij week

אֵלֶ֙יהָ֙

tot

הָ

-

אֹ֔הֱלָה

haar in de tent

וַ

-

תְּכַסֵּ֖הוּ

en zij bedekte

בַּ

-

שְּׂמִיכָֽה

hem met een deken


Jael nu ging uit, Sisera tegemoet, en zeide tot hem: Wijk in, mijn heer, wijk in tot mij, vrees niet! En hij week tot haar in de tent, en zij bedekte hem met een deken.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!